web analytics

BRUCE IS DOOD, LEVE BRUCE

Ik wist natuurlijk al veel langer dat het einde van Bruce in zicht was. Want hoewel Bruce voor mij altijd Baby Bruce zal blijven, kon je de laatste paar maanden toch echt meer spreken van Bejaarde Bruce. Hij was op. Hij nieste en hoestte al een paar jaar vrolijk om zich heen en hij had sinds 1,5 jaar een niet-operabel gezwel onder z’n keel. Maar met af en toe een kuurtje antibiotica en wat ontstekingsremmers konden z’n problemen steeds onderdrukt worden en hij was altijd nog steeds z’n eigen irritante zelf, at goed, dronk goed en lag de hele dag bij me in de buurt. Tot ik vorige week opmerkte dat het gezwel in z’n nek nu wel erg groot aan het worden was. En hij was nog wel zichzelf, maar z’n haar zat niet meer echt goed en z’n ogen stonden ietwat glazig. Een paar keer per dag moest ik hard geworden snot van z’n neusje verwijderen. “Ik denk dat we binnenkort z’n laatste antibioticakuur moeten gaan halen”, zei ik tegen M., “want het wordt nu echt een oud mannetje.”

En je wil er niet aan, je doet alsof het heus nog wel gaat, alsof hij nog maanden, liefst jaren, verder kan, maar in de nacht van dinsdag op woensdag zat ik in m’n badjas met Bruce op schoot en ik wist het; dit wordt ‘m niet meer. Dit worden geen maanden en geen jaren meer, dit worden nog een paar weken.

De volgende ochtend kon Bruce meteen terecht bij de dierenarts die het eens was met mijn conclusie; dit kan nog 1 keertje iets beter worden, maar echt beter wordt het niet meer. Bruce was 6 ons afgevallen en z’n niertjes voelden ook niet helemaal lekker meer aan. Maar je wil er niet aan om ‘m te laten gaan. Je wil het niet en je kan het niet, dus de dierenarts gaf Bruce nog een antibioticakuurtje mee, waardoor hij waarschijnlijk wel weer een opleving zou krijgen en Bruce ging in z’n kooitje weer mee naar huis.

En je wil er niet aan, dus je ziet in alles een opleving. Oh, kijk, hij drinkt weer. Oh, kijk, hij neemt een paar happen voer. Oh, kijk, hij loopt weer even naar buiten om in de zon te gaan liggen. Maar het was vooral een oh kijk, zo kan hij nog wel een paar weken bij me blijven, maar wat doe ik mezelf en wat doe ik Bruce dan aan? Dan worden het weken gevuld met ‘Bruce nog 1 keer bij me in bed slapen’, ‘Bruce nog 1 keer met me op de foto’, ‘Kantoorkater Bruce ligt nog 1 keer op schoot terwijl ik aan het werk ben’ en ‘Bruce ligt nog 1 keer in een mandje met wol terwijl ik dromenvangers maak’. En wat had ik dat allemaal graag nog een keer gedaan, maar in de nacht van woensdag op donderdag zat ik weer in m’n badjas met een voorzichtig spinnende Bruce tegen me aan en besloot dat het tijd was.

Donderdagmiddag is Bruce veilig in mijn armen ingeslapen en sindsdien probeer ik niet in pathetische zinnetjes te vervallen als ‘M’n hart heeft een gat ter grootte van Bruce’, ‘Hij was 15 jaar m’n beste vriend’, ‘Hij was altijd bij me’, ‘Ik ga kapot van verdriet’, ‘Ik kom hier nooit meer overheen’, ‘Kon ik nog maar ééééééven bij ‘m zijhijhijn’. Want al voelen die zinnetjes nu wel zo, ze komen allemaal op hetzelfde neer; ik mis Bruce.

Ik mis z’n fysieke aanwezigheid, maar verder hoef ik ‘m niet te missen, want als er 1 kat al 15 jaar verweven is met mijn leven, dan is hij het. Ik zal z’n zwarte haren en z’n hard geworden snotklodders nog maanden, waarschijnlijk jaren, tegenkomen op plekken waarvan ik het niet verwacht. Bruce’s hoofd was het logo van de PloesiePoesies en in elk doosje, bakje of vakje hier in huis zit wel iets wat met de PloesiePoesies te maken heeft. Bruce hangt in kleine schilderijtjes door het huis. En elk blikkieblikkie dat ik in handen heb doet me aan hem denken. Elk plakje ham ook trouwens. Z’n foto’s zitten in elk plog dat ik maakte en vanaf dag 1 dat hij in m’n leven kwam heb ik op deze site over hem geschreven. En mocht ik ooit een dag niet aan hem denken, dan zijn er elke ochtend weer nieuwe Facebook-herinneringen die me binnen no time weer laten zien wat een geweldige kat het was.

Bruce is dood, lang leve Bruce!

25