ZO MOEDER ZO DOCHTER
En er was rust in huis. Mijn ouders zijn net vertrokken van een mini-vakantie in Amsterdam bij P. en mij in huis. Maar vakantie is niet het goede woord. Ze hebben er, geheel op eigen houtje, een werkvakantie van gemaakt. Na 4 dagen non-stop klusactiviteit in het huis ben ik stiekem blij dat ze weer richting Tiel zijn. Dan kan ik even gaan zitten. Later zal ik met weemoed naar dit soort dagen verlangen, naar de gezelligheid, de humor, de vanzelfsprekendheid, de liefde van mijn ouders voor elkaar en voor mij, maar voor de komende weken is het mooi geweest. Nu is het weer tijd om tot 10.00 in mn bed te blijven liggen, tot midden in de nacht achter de computer te hangen en om dronken te worden. Niet dat er de afgelopen dagen niets gedronken is, integendeel, om mn ouders nog enigszins rustig te houden zette ik bij mn moeder iedere dag om 12.00 een wit wijntje voor de strijkplank. Mn vader moest verplicht om 12.00 ophouden met stofzuigen, schilderen, boren of andere belangrijke poetsdingen om zn biertje op te drinken. De rest van de dag werd hun glas regelmatig bijgevuld, maar ik moest na 1 rosétje al stoppen. Jij drinkt te veel, vond mn moeder. Ja, je moet oppassen, vrouwen moeten niet zoveel drinken, zei mn vader, terwijl hij zichzelf en mn moeder nog wat inschonk. Wij mogen dat, want wij hebben vakantie, zei mn moeder. Jij hebt elke dag vakantie, zei mn vader tegen mn moeder. Na de eerste alcoholische consumpties werden mn ouders over het algemeen iets rustiger, maar toen waren P. en ik al gevloerd. Wij zijn er gewoon niet voor gemaakt om om 7.00 op te staan en allerlei dingen te doen. Volgens mij is het een natuurlijk mechanisme van de mens om, zo gauw als zijn ouders niet meer in de buurt zijn, alle wijze raad zo snel mogelijk weer te vergeten. Even resetten de hele handel. Tijd voor een flesje wijn dus. Mn moeder heeft alleen mn complete voorraad er doorheen gejaagd.
LUNA GAAT NOOIT MEER NAAR DE KAPPER
De hel was het! De levende hel veroorzaakt door een relnicht van de bovenste plank. Oh, nee, met dat kapsel lopen alle huisvrouwen op de Nieuwmarkt rond! Die kleur kan echt niet meer, zei de relnicht tegen me toen ik hem vertelde hoe ik mn haar graag geknipt had gehad. Het paste ook niet bij mn gezicht, vond hij. Ik wil het graag een beetje punk, zei ik. Nou, wat je nu hebt is helemaal geen punk, zei hij terwijl hij een trek van zijn peuk nam. Toen had ik weg moeten gaan. Gewoon naar huis moeten lopen. Ik was er immers toch al in een vlaag van verstandsverbijstering binnengestapt, want ik had me voorgenomen mn haar weer te laten groeien. Maar ik bleef, want ik durfde niet meer weg. Had ik het maar wel gedaan, want dan waren me 2 uur vol botox-verhalen, afslankkuur-verhalen en plastisch chirurgen-verhalen bespaard gebleven. Het leek zon hippe kapper aan de etalage te zien. In plaats daarvan zat ik in een kleine ruimte met 3 personen die allemaal iets hadden laten doen. De hel was het! Je moet je wenkbrauwen verven, past veel beter bij je gezicht, ging de relnicht verder. Ik zat al te kijken wat er nou mis was met je, maar dat zijn die wenkbrauwen. Eh, nou ik vind het verven van mn wenkbrauwen iets te heftig, antwoordde ik. Ach, ik doe het al 40 jaar. Heftig, heftig, als je met zon afgrijselijke kleur rood durft te lopen, dan is het verven van je wenkbrauwen niet heftig. En zon zwarte veeg aan de achterkant, dat is allang weer uit. Helemaal niet hip meer. Ondertussen zette hij mn haar in de coup soleil. Volgens mij was dat in de jaren 80 hip. Maar ik zei niks. Ik wou m niet tegenspreken. Ik wou alleen maar zo snel mogelijk naar huis. Hij mocht zn ding doen als hij maar niet tegen me zou praten. Eenmaal thuis heb ik meteen een flesje gelspray op mn nieuwe kapsel losgelaten. Het zit. En daar is alles mee gezegd.
LUNA HEEFT HET NIET OP VAKANTIE
Gaan jullie nog op vakantie dit jaar? Een vraag die regelmatig wordt gesteld de afgelopen weken. En hoewel ik weet dat P. en ik er meer dan geestelijk en ook meer dan lichamelijk aan toe zijn gaan we niet. Enerzijds omdat we momenteel al ons geld in het huis stoppen dat nog steeds nog lang niet klaar is. Anderzijds omdat ik er gewoon helemaal geen zin in heb. Ik zit liever thuis wat te fröbelen. Beetje knippen, beetje plakken, kaartjes sturen, zelf boekjes binden, beetje schrijven, beetje stempelen, beetje werken, beetje tekenen. En ik wil mn katten sowieso niet alleen laten. Ik ben van huis uit ook helemaal niet gewend om op vakantie te gaan. Eerst gingen we niet omdat we er geen geld voor hadden; mn vader zat in de WW. Later gingen we niet, omdat mn moeder voor mn oma moest zorgen. En toen oma dood was, toen gingen we ook niet, omdat we gewoon niet gingen. Mn ouders vinden vakantie onzin. Ik zit liever in de tuin met een boekje, zegt mn moeder. Ik ga liever hier vissen in het Amsterdam Rijnkanaal, zegt mn vader. En dit jaar komen we lekker een paar daagjes naar jullie toe. Dat vinden we veel leuker en dan kunnen we jullie meteen helpen met het huis. Ik blijk een product van mn opvoeding, want ik ben net zo aan huis gehecht als mn ouders. Thuis is fijn. Thuis zitten is het mooiste dat er is. Daarnaast heb ik last van heimwee. Ben ik eenmaal weg, al is het maar voor een dag of een weekend, dan wil ik weer naar huis. Naar mn eigen dingetjes. Niet te ingewikkeld gewoon een beetje drukdrukdruk bezig zijn met niks. Of misschien wel met alles. Gewoon lekker met een toastje op de bank naar When Harry Met Sally kijken. Na mij de zondvloed, zou mn moeder zeggen.
LUNA BINDT BOEKJES
PENSION LUNA
Het had zo mooi kunnen zijn. Een hele zomer lang 6 katten in huis. Onze eigen 4 katten voor vast en Mickey, de kater van de zus van P., en Lao Tse, de kater van vriendin M., ter loge. Het ging al mis toen Mickey kwam. Meteen liepen Digweed en Skinner om hem heen te dralen. Checken. Zachtjes grommen. Die nacht hebben P. en ik geen oog dichtgedaan. Het hele huis zijn ze gillend doorgevlogen met zn drieën. Dit gebeurde ook nacht 2 en nacht 3. Toen hebben we besloten dat Lao Tse ergens anders moest logeren. Zoveel katten-testosteron had dit huis niet aangekund. De dagen daarna is de rust enigszins teruggekeerd. Enigszins, want Skinner zit elke nacht als een sphinx op bed om P. en mij en de kleine Bruce te bewaken. Als Mickey ook maar naar ons kijkt dan vliegt Skinner op m af, zodat wij weer wakker worden. Of ze gaan gezellig samen onder het bed zitten grommen. De slaapkamer dichtdoen heeft geen zin, want vanuit de woonkamer kunnen de katten gewoon naar beneden in de slaapkamer springen. De enige ruimte waar we Mickey op zouden kunnen sluiten is het toilet of de badkamer, maar zon jankende eenzame kater is ook geen pretje om bij in slaap te vallen. Nu zijn de kattengevechten irritant, maar ik zou er eventueel mee kunnen leven. Met een huis dat naar kattenpis stinkt kan ik echter niet leven. Gisteren ontdekte ik een openstaande weekendtas en de kleding die erin zat heb ik meteen weg kunnen gooien. Ondergepist. En terwijl ik nog met die tas in mn hand sta zie ik Mickey in mn kantoor op de vloer pissen. Smerig kutbeest. Mijn taak van vandaag zal bestaan uit het op zoek gaan naar nog meer pis-afbaken-plekken. Die kat moet weg! En snel! Maar pas over 2 weken komt P.s zus terug uit Spanje. En daarna is het exit Pension Luna.
LUNA ONTVANGT CHARLIE
Normaal gesproken houd ik niet van mensen die meteen zoenen bij de eerste ontmoeting, maar bij C. denk ik dat het erbij hoort. Hoi, ik ben Luna, zeg ik. Hoi, ik ben C., zegt hij, en hij geeft me er 3 op de wangen. Hoi, ik ben P., zegt P. en hij geeft hem een hand. Jesus, wat een huis!, roept C. enthousiast terwijl hij door onze huiskamer loopt. En beneden is ook van jullie? We laten C. beneden zien en een paar minuten later zitten we met zn drieën aan tafel. Ondertussen eten P. en ik ons biefstukje met sperzieboontjes, want we waren net aan het eten toen C. binnenkwam. Wat doen jullie eigenlijk?, vraagt C. aan ons. Ik ben copywriter, zegt P. Ik schrijf voor een sekstijdschrift, zeg ik. En wat doe je dan precies, vraagt E. Ik verzin concepten. Reclameconcepten, zegt P. ietwat kortaf. Ik schrijf over seks, zeg ik. Ik zie dat partner P. van C. af wil. Het is een leuke kerel, maar om ons hele hebben en houden aan hem uit te leggen gaat ons allebei iets te ver. En wonen jullie hier al lang, vraagt C. verder. Vorig jaar met kerst zijn we hier komen wonen, maar we zijn nogal genaaid door de aannemer, zeg ik. Daarna vertel ik het standaardverhaal over het huis, dat we tegen iedereen ophangen die ernaar vraagt. Het is nog lang niet af dus, besluit ik. Ja, maar echt, geloof me, dit is het mooiste huis dat ik ooit gezien heb, en ik kom in veel huizen in Amsterdam, neem dat maar van mij aan. Ik geloof hem meteen. En P. ook. Wat willen jullie eigenlijk?, vraagt C. na een half uur. Eh, een grammetje coke, zeg ik. En nu je er toch bent, doe ook maar een paar xtc-pilletjes.
LUNA ZIT BARSTENSVOL FRUSTRATIE
Vannacht slikte ik de laatste anticonceptiepil die er in dit huis te vinden was en die kwam uit een halflege strip. Ik moest dus wel nieuwe halen. Dokter bellen. Een kwartier in de wacht. Ophangen. Nog een kwartier in de wacht. Dokter blijkt op vakantie. Ander nummer bellen: Om half 2 kunt u het recept ophalen. Ik recept halen. Niet te vinden. Zon 5 minuten later blijkt die ook niet bij mijn eigen dokter te hangen, maar bij een andere dokter. Zucht. Met recept naar apotheek. U bent niet meer verzekerd, zei een vrouwtje in een witte jas. Hoezo niet?, vroeg ik. Ze kon het niet uitleggen. Het was nu eenmaal zo. Zucht. Ik mocht wel € 28,05 betalen voor 6 maanden pilstrip. Maar die kunt u declareren bij uw ziektekostenverzekering, zei ze. Zucht. Ik weet van mezelf dat ik dat soort declaratieformulieren toch nooit invul. Te laks. Terug door de hitte naar huis. Eenmaal thuis meteen bellen met AGIS-zorgverzekeringen. Na 20 minuten krijg ik iemand aan de lijn en ik geef mijn polisnummer door. Nee, dat nummer kennen wij hier niet hoor, zei een donkere vrouwenstem. Oh, zei ik. U bent zeker particulier verzekerd?, vroeg ze. Dan moest ik een ander nummer hebben. Jesus, AGIS is toch AGIS of niet?, vroeg ik. Dat was niet zo. Bellen naar het andere nummer. Alle medewerkers waren in gesprek. Zon 10 minuten later kreeg ik iemand aan de lijn: Het is momenteel erg druk, dus wij kunnen u helaas niet te woord staan. U kunt u naam en adres en polisnummer aan mij doorgeven, zodat u later wordt teruggebeld, of u kunt zelf later terugbellen. Raar. Ik bel zelf wel terug, zeg ik en blijf het komende uur stug bellen, want onverzekerd rondlopen dat kan natuurlijk niet. Na een uur krijg ik een meisje aan de lijn dat me stotterend uitlegt dat ik gewoon verzekerd ben. Foutje van de apotheek. Nee hoor, er is niks aan de hand, zei ze. Nee, maar ik ben wel 2 uur en € 28,05 verder. En compleet opgefokt.
LOFZANG OP DE JURKJES
Ik doe er niet meer aan mee en ik beloof mezelf plechtig dat ik nooit meer een normale kledingzaak binnenstap. Een paar weken geleden was ik nog zeer in mijn nopjes met mijn aangeschafte roze broek in maatje 38. Ik hield mezelf voor dat die broek elke euro van de € 79,95 waard was. En dat was ook wel een beetje zo, maar omgerekend is dat toch wel 175 piek en zoveel heb ik in de tijd-van-de-gulden nooit betaald voor een broek. Maar aangezien ik gezegend ben met een dikke reet en een slanke taille is het nogal moeilijk om passende broeken te vinden. Dus als ik er dan al eentje vind, dan moet ik die meteen in alle verkrijgbare kleuren hebben. Maar meestal zitten broeken of te strak bij mn heupen of te los in mn taille. Het is eigenlijk gewoon allemaal niks. En als ik dan in zon pashokje sta met zon broek die niet wil zitten, dan zou ik dolgraag degene die verantwoordelijk is voor de maatvoering in die winkel eens naar de strot willen grijpen. Gewoon willen schreeuwen dat vrouwen heupen hebben. En dat vooral Nederlandse vrouwen heupen hebben! Ik woon toch verdomme niet Italië? Maar het is afgelopen! Geen euro zullen ze meer aan mij verdienen! Ik heb vanmiddag 3 kekke jurkjes gekocht op het Waterlooplein. Superkekke jurkjes, echt vintage-jaren-60-spul, met dito jaren-60-heup-maatvoering! In ook nog eens superkekke te opvallende felgekleurde printjes. Voor maar € 5,- per stuk. En ik heb ze niet eens gepast en toch zitten ze allemaal perfect. Ik kan hier maar 1 verklaring voor vinden; vrouwen worden massaal besodemieterd door de huidige kledingindustrie. Ik doe er dus niet meer aan mee. Ik draag nooit meer een broek.
LUNA NAAR DE TANDARTS
Locatie; Tiel. Mn moeder en ik zijn op halfjaarlijkse tandartscontrole, maar de echte tandarts is ziek. De 2 assistentes lijken echter zeer in hun nopjes met hun tijdelijke verantwoordelijkheden; Wij voeren vandaag de controle uit, maar als er geboord moet worden, dan moeten jullie een nieuwe afspraak maken. Ik heb nooit gaatjes, maar de blonde assistente was vastberaden om iets te vinden bij me. Ze wou haar gezag laten blijken, ik voelde het. Je tandvlees is een beetje ontstoken, zei de assistente. Of ik er wel vaker last van had en met wat voor een tandenborstel ik altijd poetste. Een medium, zei ik, zon supersonisch ding. Was helemaal niet goed. Je moet echt een zachte gebruiken hoor, zei ze, dat is veel beter voor je tandvlees. Laat eens zien hoe je poetst. Ondertussen haalde ze een nieuwe tandenborstel uit een plastic zakje. Wat? Dat meen je niet!, lachte ik. Ze meende het wel en ik moest voordoen hoe ik thuis mn tanden poetste. Lulliger dan dat kon ik er niet bij liggen. Ik voelde me weer 4, bij de tandarts die met een spiegeltje laat zien welke plekjes ik extra goed moet poetsen. Mn moeder kwam niet meer bij van het lachen. Ze pieste haast in haar broek, zei ze. Je doet het helemaal fout, zei de assistente bloedserieus, terwijl mn moeder er een zakdoekje bijpakte. Ik heb hier nog leren poetsen toen ik net kon lopen hoor!, zei ik. En ik ben 27 en ik heb nog geen gaatjes, dus ik zal wel iets goed doen toch? Niet dus. Alles was fout en ik moest eigenlijk elke dag mn tongpiercing eruit halen en met een raggertje een paar keer op en neer om de bacteriën te verwijderen. Dat verhaal hoor ik al 5 jaar bij de tandarts. Wat een raar wijf, zei ik lachend tegen mn moeder toen we weer richting huis fietsten. Ja, maar je hebt wél een tandenborstel gekregen, zei ze, nog steeds lachend. Ja, maar vroeger mocht ik de kleur altijd zelf uitzoeken en nu pakte ze gewoon een rode!
MADE IN HOLLAND
Locatie; Tiel. Ik zat in de Fiat Punto van mn vader. En het was heet. Heel heet. Ik ben zo weer terug, had hij gezegd. Ik keek achterom naar de winkel waarin hij was verdwenen. Eurotracks stond er op de deur. Een hengelsportartikelenzaak. Die is vast een maat-van-me tegengekomen en staat nu over de komende wedstrijd te ouwehoeren, dacht ik. Mn vader is sportvisser en neemt het vissen heel serieus. Je vader is gek, zegt mn moeder altijd. Via de spiegel zag ik mn vader 10 minuten later weer richting auto lopen met een paar doosjes in zn hand. Niet die maden in de auto, riep ik met een vies gezicht. Nee, pappa! Ik herinnerde me een incident met een doosje maden, een koelkast, een niet helemaal dicht doosje, een koelkast vol maden en een gillende moeder. Ook herinnerde ik me het incident van het vergeten doosje maden en een schuur vol met vliegen. Mn moeder heeft toen een nieuwe koelkast geëist en mn vader moest de oude koelkast in de schuur zetten. Je bent een smeerlap, had mn moeder gezegd. Mijn vieze gezicht hielp vanmiddag niets, want de doosjes en plastic zakjes met maden stonden al op de achterbank van de Fiat. Klootzak, zei mn vader toen hij de sleutel in het contact omdraaide. “Heeft-ie me vorig week een doosje pieren van 1 euro 60 verkocht. Zaten er maar 10 pieren in! Zit ik aan de waterkant, heb ik niet genoeg pieren bij me!!!! Klootzak. En nu?, vroeg ik. Nu heb ik 5 doosjes gratis van m meegekregen, zei hij. Terecht, zei ik. Toen mn vader even niet keek heb ik snel een handje maden in mn mond gestopt en zo snel mogelijk doorgeslikt. En eenmaal terug in Amsterdam heb ik me via internet meteen opgegeven voor het komende seizoen Fear Factor. Want laat ik mezelf vooral geen burgertrut noemen.