DIGWEED EN BRUCE EN HET SCHAAP-SURFEN
Voordat P. en ik gaan slapen moeten we alle lichte en makkelijk verplaatsbare dingetjes in ons huis goed opbergen. Zo zal een losse dop van een colafles ons gemakkelijk de hele nacht wakker kunnen houden, omdat de katten het leuk vinden om met zn allen een voetbalpartijtje van een paar uur te houden. Tiktik, tiktik, over de betonnen vloer. Of soms komt Digweed luid miauwend de slaapkamer in wandelen met een blaadje van een ficus in zn bek. Daar doet hij dan zo enthousiast over dat je zou denken dat hij Speedy Gonzales heeft gevangen. Bruce is meer van de rondslingerende pennendoppen, wijnkurken of tampons. Vooral dat laatste, een zwart katje dat vol trots met een tampon in zn bek loopt, is een erg geinig gezicht. Alleen dat gemiauw erbij, dat hoeft niet van mij. Dat houdt me uit mn slaap. Sinds kort hebben ze iets nieuws ontdekt wat ons de slaap onthoud. In de huiskamer liggen 3 gevilde schapenvellen, die vooral door de katten worden gebruikt om overdag op te loungen. s Nachts worden deze velletjes gebruikt voor hun nieuwste hobby; het schaap-surfen. Men neme dan, als kat, een lange aanloop, en ongeveer een meter voor het schapenvelletje springt men omhoog, om er daarna zo plat mogelijk op te landen; met buik en kop tegen het schapenvel aan gedrukt. Zo is het mogelijk om 1 tot 1,5 meter op het schapenvel te surfen. Zoef, over de betonnen vloer. En lol dat ze hebben! Als het schapenvel tot stilstand is gekomen, stapt men eraf en pocht tegen elkaar over het resultaat: Miauw. Om vervolgens weer naar achter te rennen en opnieuw een aanloopje te nemen. En eigenlijk zijn die schapenvellen ontzettend goor geworden van al de kattenharen. En eigenlijk willen we ze weggooien. Maar de dudes zonder surfplanken achterlaten? Dat kan natuurlijk niet.
YES, I LIKE PINA COLADA’S
Dinsdagochtend, 15 maart, de eerste dag van onze vakantie, ging om 11.00 de strandbar behorende bij het hotel open. Net als de rest van de hotelgasten hing ik om 11.00 aan de bar in mn panterbikini. Uno piña colada, señor, por favor, zei ik. En ik weet niet wat de barman er allemaal indeed, maar in ieder geval vers fruit. Beetje van dit, beetje van dat, in de shaker en daarna in een plastic bekertje. In een plastic bekertje! Waar bleef die uitgeholde ananas? En zon leuk parapluutje zat er ook al niet in. Een lullig rietje, een roze. Dat dan weer wel. Ik had er helemaal geen zin in om 10 dagen lang cocktails uit plastic bekertjes te drinken. Mijn vakantie-stemming sloeg meteen om. Maar toen bedacht ik me dat het een grátis piña colada was, we zaten immers all inclusive. En toen ik een slokje nam was ik meteen verkocht. Hier zou ik de vakantie wel mee doorkomen. Dat had die barman even lekker geshaket. Gracias, señor, zei ik en ik liep weer richting mn strandbedje. Om 10 minuten later weer terug te lopen naar de bar. Uno piña colada, señor, por favor, vroeg ik weer. En dat zinnetje heb ik die dag 17 keer uitgesproken. Gaat-ie lekker tijger?, vroeg P. als ik weer aan kwam lopen met een cocktail voor mezelf en een colaatje voor hem.Maar aangezien ik me de laatste dagen niet helemaal lekker voelde door de zon, maar wel goed genoeg om gewoon door te drinken natuurlijk, dat altijd, toen mocht partner P. de cocktails halen. Uno piña colada, por favor, zei ik dan tegen P. en daar keek ik heel zielig bij. Dat hij het echt niet kon maken om mij op en neer te laten lopen. Alweer?, vroeg hij dan, dit is al je zevende. Maar hij ging wel. Want partner P. was helemaal relaxt tijdens de vakantie. En ik ook. Dat gebeurde helemaal vanzelf na 17 piña coladas.
En dat relaxte vakantiegevoel is zo weer terug te krijgen met het juiste muziekje op de achtergrond; Escape (The Piña Colada Song) van Rupert Holmes. En zon gevoel met natuurlijk delen: ‘Escape’ (The Piña Colada Song) (download 3.1MB)
PARTNER P. EN HET ALOË VERA-MANNETJE
Dinsdagochtend, 15 maart om 9.00 lagen partner P. en ik dan eindelijk op een strandbedje. Het was de eerste dag van onze eerste vakantie samen. De Caribische zee golfde ons tegemoet om enkele seconden daarna weer terug te kabbelen. Mini-tsunamis per 10 seconden. Zo, zeiden wij tegen elkaar, wij liggen hier goed. Ik keek een beetje naar links en ik keek een beetje naar rechts en ik besloot een stukje te gaan lopen. Even de zee voelen. Even vakantie voelen. Ongeveer 10 minuten later kwam ik terug en trof ik P. aan, druk in gesprek met een mannetje. Een aloë vera-mannetje. Ja, zei P., hij zegt dat je je met dit flesje moet insmeren als je hier net bent. Oh, zei ik. Ah, chica blanca, zei het aloë vera-mannetje toen hij mij zag. En prompt brak hij een verse stronk aloë vera open om mij daar van top tot teen mee in te smeren. Zo, zei ik tegen P., dat is lekker. Blijft hij dit de hele dag doen? Het mannetje smeerde mn hele lijf goed in en ging met een brede glimlach op zoek naar andere net gearriveerde toeristen. Wat kost zon flesje verse aloë vera nou?, vroeg ik. 10.000 Bolivares, zei P., en ik heb m ook nog een vette fooi gegeven. Veel te duur!, riep onze strandbed-buurvrouw, ik betaalde gisteren 5.000! Ach, 10.000 Bolivares is iets van 3 euro, dan heeft dat mannetje een fijne dag, zei P. tegen de strand-buurvrouw. Ik kreeg ineens een voorgevoel. Iets met een zesde zintuig voor P. en stommiteiten. Ik checkte de vakantie-portemonnee. Eh, P., begon ik, volgens mij heb jij dat mannetje net 140.000 Bolivares betaald. Echt?, vroeg hij. Echt!, zei ik. Ja, er staan ook zoveel nulletjes op die biljetten, zei P., ik heb me misschien een paar nulletjes vergist. Jesus Christus, dat is echt weer typisch iets voor jou! Lul! Je hebt 45 euro voor een flesje zonnebrand betaald. Ach, meisje, dont worry, be happy, zei P. met een air alsof hij al maanden op Isla Margarita was. Lul, zei ik nog maar eens. Maar het aloë vera-mannetje had een hele fijne dag.
020BLOEMEN!
Ik kreeg bloemen van Patty. Van www.pattyp.nl. Die van die hond! En tegenwoordig ook die van die website waar je bloemen kunt bestellen! Van 020bloemen! Ze zijn prachtig. Dankjewel!
LUNA EN 10E’S TWEEDE WEBLOGMARATHON
Als je dingen voor de tweede keer doet, dan sluipt er al snel een bepaalde gewenning in. Een; ach-ik-weet-hoe-het-gaat-mij-hoef-je-niks-te-vertellen. Been there, done that, got the T-shirt. Dus toen ik afgelopen woensdag om 11.00 uit het vliegtuig uit Isla Margarita stapte dacht ik; ach, aanstaande zaterdag 23 uur webloggen, dat doe ik er wel even bij. Ik heb het al eerder gedaan en dit kan er best even naast. Er even tussendoor. Maar dat lijkt niet echt te lukken. Want ik moest gisteren ineens op televisie, met alle stress die daarbij paste. Ik ben er nu nog misselijk van. En gisteren hoorde ik ook nog eens van 10e dat we zaterdag door een Parool-journalist geïnterviewd zouden worden. Een journalist van het Parool! Mijn eigenste krant! En ik werd ook nog eens gebeld door een Parool-fotograaf, of hij morgen langs kon komen, tijdens de weblogmarathon, om een echte foto te maken, voor bij het interview. Ik vond het nogal een hectische toestand ineens. Ik werd er helemaal nerveus van. En ik zat nog midden in een halve jetlag. En toen ging ik vanmorgen ook nog eens mijn ingesproken voice-mailtjes afluisteren, want tijdens mijn vakantie stond mijn mobiele telefoon natuurlijk uit, wat een opgehoopte toestand gaf van 32 voicemail-berichten. En toen werd het me allemaal écht teveel. Toen wou ik weer terug naar Isla Margarita. Maar ik moest eerst iedereen terugbellen, wat allemaal nog meer stress gaf, want, al 2 weken niet gezien, al 4 maanden niet gesproken, al een jaar niet gezien, al een week niet teruggebeld, en hoe was je vakantie, en hoe gaat het verder dan, ik wil je zien, we spreken af, ik heb je gemist, ja, ik jou ook, je moet dit even doen, je moet dit even bekijken, hier en daar, doe het dan, doe het dan nu. En ik ga het ook allemaal nu doen. Al zegt iets in mij; mañana, mañana. Morgen! Morgen! Maar die 23-uurs-marathon is niet meer morgen. Die is vandaag. En die begint over 10 uur. Om precies te zijn op 26 maart om 12.00. Maar wat mij betreft nu nog even mañana.
www.weblogqueens.nl
BELLEN MET LUNA
De vorige keer kon ik niet ‘skypen’ omdat mijn pc te traag was. Dat probleem is nu verholpen. Vandaag, tijdens de weblogmarathon van 10e en Luna, ben ik 24 uur bereikbaar via Skype. Mijn gebruikersnaam: maanisch.
CHATTEN MET 10E EN LUNA
Tijdens onze weblogmarathon, 26 maart, van 12.00 uur zaterdag, tot 12.00 uur zondag is er een heuse chatroom aangemaakt. Om gezellig met z’n allen te, eh, chatten. Inloggen en registreren via www.10e.nl/chat
Tot dan!
JESUS GOES VOLENDAM
Jesus Christus, wat een lekkere kerels hier”, zei ik tegen 10e toen we de kantine behorende bij de televisiestudio binnen kwamen, “waar komen die in Godsnaam vandaan?” “Geen idee”, zei 10e. Ik gaf m’n ogen eens goed de kost aan dit leuke uitzicht en probeerde ondertussen een beetje te ontspannen en niet teveel aan de uitzending te denken. En net toen dat ontspannen lukte viel m’n blik op een jongen die ik herkende tussen de lekkere-mannen-groep. Dat was die gozer uit ‘Idols’! Die kerel uit Volendam! Die het niet gehaald heeft! Maar die ik wel tot mijn persoonlijke favorieten had gerekend, destijds! Meteen daarna realiseerde ik me dat deze lekkere mannen tot de Volendammer-groep behoorden die in de uitzending een liedje uit ‘Jesus Christ Superstar’ zouden gaan doen. Toen ik die aankondiging had gelezen op de website van Vara Live had ik iets heel anders in gedachten bij een Volendammer-koor! Mannen in klederdracht bijvoorbeeld. En mannen die de originele tekst vertaald hadden in het Volendams. En dat ik mij zou ergeren, dat ook. Maar lekkere kerels, nee, daar had ik dan weer niet aan gedacht. Ik dacht; Volendammers en Jesus Christ Superstar, het moet niet gekker worden! Afblijven van deze prachtige musical, dat moeten ze, die visboeren en palingrokers! Want ik ben een groot fan van de originele Jesus Christ Superstar-versie van Andrew Loyd Webber en vooral van de stem van Carl Anderson, die Judas speelde in de film uit 1973. Maar! Jesus! Christus! Wat ben ik van mijn stoel gevallen tijdens de live vertolking van deze Volendamse groep tijdens Vara Live. Respect, en niet meer dan dat. Al mijn vooroordelen waren weg na 1 noot van de Volendamse Maria, na 1 noot van de Volendamse Judas en ook na 1 noot van de Volendamse Jesus. En het minstens 20 koppen tellende achtergrondkoortje was daarnaast zeer appetijtelijk om tegenaan te kijken. Helaas zijn alle kaarten al uitverkocht, want ik was er graag bij geweest, bij hun optreden, volgende week in de Volendammer Evenementenhallen.
www.sporthalopperdam.nl
P. GEEFT LUNA EEN PEPTALK
Een uur voordat ik vertrok naar de B&W-studio vond P. het nodig om me nog een peptalk te geven. Meisje, ga eens even zitten, zei hij. Nee, ik kan niet rustig zitten, ik ben zenuwachtig, zei ik druk. Ja, dat is precies wat ik bedoel, zei hij. Maar ga nou zitten en luister even naar me. Vooruit dan maar. Je wil vanavond toch niet over komen als een huppeltrutje of wel?, vroeg hij. Eh, nee, zei ik. Hij ging verder: De vorige keer heb ik beetje mee zitten luisteren tijdens jullie interview met het Viva-meisje en ik weet dat je heel enthousiast bent, maar je moet echt een beetje rustig blijven vanavond. Ja, maar ik ben niet rustig, zei ik. Nee, maar je moet niet gaan lopen zwaaien met je armen en dan zeggen dat je het allemaal zo leuk vindt, zei hij terwijl hij een imitatie van mij in drukke doen gaf. Zo doe ik echt niet, zei ik. Zo doe je wel. Ik ken je, zei hij. Beteuterd keek ik hem aan. Ik weet wel dat je heel springerig en druk bent met je roze shirtjes en je Hello Kitty en je bloemetjesfiets en dat vind ik ook hele leuke features aan je, maar Maar wat, onderbrak ik hem bits. Je bent ook een vrouw van bijna 30, zei hij. Subtiel, heel subtiel, hoe hij me daarmee ineens keihard met beide benen op de grond zette. Dus?, vroeg ik. Nou, daar mag je je ook wel eens naar gedragen. Ik vroeg me af of dit gesprek nog wel over mijn televisie-optreden van vanavond ging. Ik word een beetje extra zenuwachtig van jou nu, zei ik chagrijnig. Mn moeder zei dat ik gewoon mezelf moest blijven. Ja, dat moet je ook, zei hij. Ja, wat bedoel je nou? We keken elkaar aan en we dachten hetzelfde. Zal ik maar even weggaan? Dan kun jij even tot jezelf komen, zei hij. Ja, dat lijkt me heel verstandig, antwoordde ik. En ik trek lekker toch een jaren-60-jurkje aan, ook al zei mn moeder dat ik dat niet moest doen. Meisje, doe maar wat jou het beste lijkt, zei P. en hij vertrok richting een coffeeshop.
WAAROM HEB JE EIGENLIJK EEN WEBLOG?
Vanmorgen werd ik wakker met het hoofd van Dolf Jansen al scherp op mijn netvlies. In mijn slaap-waak-toestand had hij een microfoon onder mn neus geduwd en gevraagd: Waarom doe je dat eigenlijk, dat webloggen? Eh, had ik geantwoord. En toen wist ik niet wat ik verder moest zeggen. En ik weet het antwoord nu nog niet. Niet in 1 spitsvondige zin verpakt in ieder geval. Als Dolf dat maar niet gaat vragen vanavond, dacht ik de hele dag. Tijdens elk interview dat ik de afgelopen 4 jaar heb gehad over dit weblog is die vraag me gesteld. En het enige antwoord dat ik steeds kon verzinnen was dat ik het gewoon hartstikke leuk vind om te loggen. Ik vind het gewoon hartstikke leuk, zei ik dan met een grote glimlach. En dat moest ik daarna dan uitleggen, want iets gewoon leuk vinden, dat kan natuurlijk niet. En dan probeerde ik het uit te leggen, maar ik heb soms het idee dat niet-loggers het nooit echt snappen. En het ook nooit zullen snappen. Dat ik nu, na 4 jaar loggen, bijna vergroeid ben met mijn weblog. Dat ik het heerlijk vind om mijn stukjes te schrijven. Om überhaupt te schrijven. Het is een verslaving en ik kan me een leven zonder haast niet voorstellen. Het is een verplichting aan mezelf en af en toe het enige constante in mijn leven. Dat ik de dingen wil vastleggen voor ik ze vergeet. Het is ijdelheid. Het is trots. Het is exhibitionisme. Het is een uitdaging. Het is allemaal van alles. Maar het is vooral gewoon leuk. En ik moet dingen doen waar ik blij van word. Net als aanstaande zaterdag weer samen met 10e een nachtje doorloggen op www.weblogqueens.nl. Dat is ook vooral gewoon leuk. En die ene vraag; “Waarom heb je eigenlijk een weblog”, die had ik dus verwacht. Ik zat er heel hard op te wachten. En die vraag stelde Dolf Jansen nou net niet. En wat hij wel vroeg ben ik alweer vergeten.