LUNA EN DE EENDENBEK, DEEL 2
Wanneer ik de kamer van m’n huisarts binnenkom zie ik dat er over de behandeltafel al een nieuw stuk papier getrokken is en dat de metalen eendenbek waarmee het onderzoek gaat plaatsvinden al in een plastic zak op me ligt te wachten. Hoera!
Ik heb vaker een gynaecologisch onderzoek of uitstrijkje gehad en ik kom, in ieder geval qua kleding, volledig voorbereid. Wat mij betreft zouden uitstrijkjes alleen in de zomer plaats mogen vinden; lekker makkelijk een jurkje, slipje en slippers, zodat je alleen je slipje uit hoeft te doen. De winterse variant hiervan die ik gisteren droeg; een jurk, een shortje, sokken tot over de knie en sneakers. Ik hoefde dus alleen maar het shortje uit te trekken! Een slimme meid is op een uitstrijkje voorbereid!
Daarnaast; ik had m’n eigen glijmiddel meegenomen! Ik wist van een vorig gynaecologisch onderzoek in het ziekenhuis dat er met KY-glijmiddel werd gewerkt en daar zat ik deze keer niet op te wachten. KY-glijmiddel bestaat al meer dan 100 jaar en zit al meer dan 50 jaar in dezelfde metalen tube. En… KY-glijmiddel bevat parabenen en glycerine, 2 ingrediënten waar sommige vrouwen een allergische reactie van kunnen krijgen. Mijn lijf wordt in ieder geval niet blij van die ingrediënten en ik adviseer vrouwen dan ook altijd; koop een glijmiddel op waterbasis zodat je het altijd met je seksspeeltjes kan gebruiken en koop een glijmiddel zonder parabenen en glycerine.
Op een bureautje naast de behandeltafel van de huisarts zag ik gisteren de tube KY alweer liggen. Een opgefrommelde, gebruikte tube. Een beetje zoals een uitgeknepen tandpasta-tube. Getver.
“Gebruik je dat glijmiddel?”, vraag ik aan de huisarts.
“Nee, ik gebruik eigenlijk meestal een beetje water”, zegt ze.
“Oh, want dat glijmiddel is niet okay hoor.”
“Oh, ik dacht dat het juist heel neutraal was.”
“Nee, dit is juist een ontzettend ouderwets glijmiddel, met parabenen en glycerine. Niet heel vrouwvriendelijk. Zoek het vanavond maar eens op.”
Maar omdat zo’n uitstrijkje niet mijn idee van een feestje is vergat ik mijn eigen glijmiddel erbij te pakken. Want; zij is de huisarts, zij zal het wel weten, zij doet het altijd zo, ze zal er wel een reden voor hebben dat ze water gebruikt en ik wil deze hele discussie hier niet hebben. Ik wil vooral dat het allemaal zo snel mogelijk voorbij is. Ik wil naar huis.
Ik roep al bijna 25 jaar dat je, in principe, pas tot penetatrieve seks moet overgaan als je nat genoeg bent. Uitzonderingen uiteraard daargelaten, want soms is je hoofd geiler dan je lijf en dan maken de consequenties, kleine wondjes, schraalheid, je niet zoveel uit. Maar als je vagina je lief is dan zorg je voor voldoende opwinding, vaginavocht of… glijmiddel! Glijmiddel is altijd een goed idee! Ook als je wél nat bent. Glijmiddel maakt het leven leuker! Glijmiddel maakt je seksleven leuker en goed en veilig glijmiddel zou ook een uitstrijkje, of welk gynaecologisch onderzoek dan ook, ietsje aangenamer maken.
Toen ik later thuiskwam dacht ik nog even dat glijmiddel het resultaat van een uitstrijkje misschien zou kunnen beïnvloeden, maar dat is niet het geval las ik in het artikel ‘Het speculum moet glijden’.
En ja; een speculum of eendenbek moet glijden! Net zoals een piemel, pik, vinger, dildo of vibrator moet glijden. En m’n huisarts had gisteren de eendenbek keurig even opgewarmd onder de kraan, zodat er geen koud stuk metaal bij me naar binnen zou gaan, maar ik heb 100 keer liever een koud stuk metaal dat met behulp van wat veilig glijmiddel naar binnen wordt geschoven dan een stroef, metalen apparaat met wat waterdruppeltjes erop.
Water is geen glijmiddel.
p.s. Sliquid Sassy is al jaren mijn favoriete glijmiddel. Het is wat dikker dan ‘normaal’ glijmiddel, is vrij van parabenen en glycerine en veilig te gebruiken met seksspeeltjes (want op waterbasis) (HIER TE KOOP voor € 18,99) (en zit in een leuk roze flesje).
p.s. Een tube KY-glijmiddel kost € 6,99 (HIER) (maar niet kopen) zit in een ranzige tube en wordt dus nog steeds in ziekenhuizen gebruikt omdat het ‘steriel’ is. Maar bevat dus wél parabenen en glycerine en als de verpakking geopend wordt, dan is het ook met de steriliteit waarschijnlijk ook gedaan.
p.s. Wat mij dus het allerbeste lijkt; iedere patiënt z’n eigen sachetje met veilig glijmiddel! Of je neemt je eigen glijmiddel mee (en vergeet die dan niet te laten gebruiken, zoals ik deed).
LUNA EN DE MARKTPLAATS-MEIDEN
In een vorig leven was ik een groot liefhebber van Lush. Ik wilde alles hebben. Alles, alles, alles!!! Alle parfums, alle bodysprays, alle badbommen, alle shampoos, alle bodylotions, alles, alles, alles! Een paar weken terug keek ik naar mijn schap met minstens 50 Lush-parfums, -bodysprays en -solid perfumes en ik wilde het niet meer. Ik gebruikte 90% van de geuren nooit, ik heb m’n eigen favorieten, dus waarom de rest bewaren? Een moeilijke beslissing voor een hoarder zoals ik, maar het was écht tijd om afscheid te nemen en de gehele collectie op Marktplaats te zetten. Hop! Erop!
Ik deed m’n best op goede, duidelijke, maar ook gezellige productfoto’s van alle items, ik beschreef de items kort en bondig en ik zette alle Lush-items op ‘bieden’. Ik wist dat ik wat unieke items had, wat ‘collectors items’, dus ik dacht; laat ‘men’ maar bieden, dan zie ik het vanzelf wel. En ik zag het ook vanzelf.
Ik hoef heus niet de hoofdprijs, maar op de schooiersbiedingen die ik kreeg zat ik nou ook weer niet te wachten.
Awholelotalushielove2003: ‘Ik bied € 2,50 op je ’29 High Street solid perfume’.
Rinskeruiktlekker: ‘Ik bied € 5,- op je ‘Yog Nog parfum’.
Een Yog Nog-parfumflesje in je reet Rinske! Ik had inmiddels 50 producten online gezet en, nou ja, soms wordt het je gewoon allemaal eventjes te veel en een wijntje is dan alles wat je wil. Biedingen hier, biedingen daar, maar het allerergste; DM’s van alle kanten. Berichtjes hier, berichtjes daar, ik raakte het overzicht volledig kwijt. Iedereen wilde van alles en combinaties daarvan.
MeLushEnMeLeven_1980: ‘Wat wil je voor de Smuggler’s Soul-spray?’
Ik: ‘Ik wacht het bieden even af.’
MeLushEnMeLeven _1980: ‘Laat maar zitten dan!’
Smiletheroses: ‘Wat wil je voor 4 parfums?’
Ik: ‘Welke 4 parfums bedoel je?’
Smiletheroses: ‘Hoezo, maakt dat uit dan?’
De meest irritante vraag die ik toch zeker wel 200 keer heb gekregen; ‘Wat wil je er minimaal voor hebben?’
Er staat bieden! Bieden! Bieden! BIEDEN!!!
Cindy<3lush: ‘Wat wil je minimaal voor de Imogen Rose parfum krijgen?’
Ik: ‘Ik wil er minimaal het hoogste bod voor.’
Cindy<3lush: ‘Ik dacht dat je wilde onderhandelen.’
Nou, Cindy<3lush als ik antwoord op jouw vraag ‘Wat wil je er minimaal voor hebben?’ met een ‘Ik had 35 euro in gedachten.’ dan ga je mij 35 euro bieden, want je zal echt niet hoger bieden, want zo werkt het hele biedings-systeem, het hele vraag-en-aanbod-systeem niet! Maar als jij dan 35 euro hebt geboden, dan wil ik eigenlijk toch nog even afwachten of er nog andere Marktplaats-meiden zijn die hoger bieden en als dat dan gebeurt door Sjanetlekkerblijvensniffelen1986 dan ben jij pissig, want jij hebt me toch geboden wat ik wilde!!! En Smiletheroses werd pissig, omdat ik zei dat de ene parfum voor 50 euro verkocht kon worden en de andere voor 20 euro en dat ik haar dus niet random kon laten kiezen voor 4 parfums voor 75 euro totaal. LindaLoveLush liet me weten dat ze niet zo goed was met bieden. Jeetje, LindaLoveLush, bieden is nou niet echt heel hogere wiskunde, of wel? Je kijkt hoeveel centjes je nog in je portemonneetje hebt en je kijkt hoeveel je over moet houden voor de boodschapjes deze week. Wat je over hebt zou je eventueel kunnen besteden aan een flesje Lush-parfum.
Ik heb een hoop pissige en teleurgestelde Marktplaats-meiden in m’n DM gehad en ik ging me bijna heel slecht voelen over mezelf. Want waarom koos ik er uiteindelijk wél voor om voor OlgaOlfactorisch een pakketje samen te stellen en niet voor SasParfum? Ik wist het niet! Ik moest een keer een keuze maken! Het begon haast Sophie’s Choice-esk te worden! Ik kreeg ook allerlei advies. ‘Zet het dan op Vinted.’ ‘Zeg dan niet dat je een dealtje wil maken.’ ‘Zet dan een minimum-bod neer.’ Het voelde allemaal zo onaardig.
Dan heb ik het nog niet gehad over de Marktplaats-meiden die er uiteindelijk, een dag na een bod, toch vanaf zien om iets te kopen. Ik ben godverdegodverdegodverdomme een uur bezig geweest om allerlei Lush-items voor je te combineren LalalalaLushie en je reageert na 24 uur met een ‘Ik zie er toch vanaf.’?
En dan zijn er ook nog de hele zielige Marktplaats-meisjes die een DM sturen. ‘Ooooh, dit is m’n favoriete geur en ik ben al zo lang op zoek, maar m’n kinderen zijn ziek en zielig en zwak en liggen al weken in het ziekenhuis en ik kan niet meer dan 10 euro betalen voor deze Cardamom Coffee parfum, maar je zou me er zo ontzettend blij mee maken.’
Voor een people pleaser als ik zijn DM’s of conversaties als dit bijna niet te doen. Want ik wil iedereen blij maken. Ten koste van mezelf. Ik wilde al m’n Lush-items al bijna door de wc spoelen, maar ik ben blij dat ik dat niet gedaan heb en me langzaamaan een soort ongezien-de-tyfus-mentaliteit heb aangeleerd. Kut-DM’s kun je blijkbaar prima naast je neerleggen. Ik heb inmiddels al voor meer dan 1000 euro verkocht.
Mooi. Morgen meteen naar de Lush-winkel.
LUNA EN DE LEKKENDE KRAAN
“Pappapappapappapappa, je moet even komen”, zeg ik door de telefoon.
“Wat dan?’, vraagt hij.
“Niks ergs, maar je moet gewoon echt even komen.”
“Okay.”
M’n vader woont op nog geen 400 meter van me vandaan en staat binnen 5 minuten in m’n woonkamer.
“Kom eens hier”, zeg ik en ik loop weer terug richting de hal, “hoor je iets?”
“Nee, wat dan?”, vraagt m’n vader.
“Kom eens mee naar de overloop”, zeg ik terwijl ik naar de eerste verdieping loop.
M’n vader loopt achter me aan.
“Hoor je nu iets?”, vraag ik.
Hij hoort nog steeds niets.
Ik doe de deur van de badkamer met een theatrale ‘tadaaaaaaaaaaaaa’ open.
“Ik heb een nieuwe kraan!”, zeg ik.
“Heeft Ruud dat gedaan?”
“Jazeker.”
Ik heb in dit huis samengewoond met diverse mannen en er zijn ook diverse mannen ten tonele verschenen, maar geen van allen voelde zich geroepen om iets aan die lekkende kraan te doen. Prima. En ik ging er ook nooit meer om vragen, omdat ik iets te vaak ‘ja’ heb gehoord, terwijl het daarna een ‘nee’ bleek. En het boeide mij ergens ook allang niet meer.
De enige man die zich al jaren ergerde aan mijn lekkende kraan was m’n vader. De keren dat hij heeft gevraagd of ik die kraan nou al een keertje had laten maken zijn nog niet op 100 handen te tellen. “Maar dat is toch zonde?”, vond hij. “Ik zou helemaal gek worden.” “Lekt die kraan nou nog steeds?” Of deze: “Wat goed dat je eindelijk die kraan hebt laten maken”, en me daarna uitlachen.
Maar ik heb blijkbaar een zeer hoge tolerantie voor bepaalde geluiden. En na een jaar of 12 word je immuun voor het geluid van een lekkende kraan. Al hoorde ik ‘m heus wel op de achtergrond in de slaapkamer en m’n kantoor. En al was het lekken van langzaam druppelen naar een constant, klein stroompje gegaan. Negeren kun je leren.
“Hoor je die kraan niet?”, had Ruud een paar weken eerder gevraagd.
“Nee, die hoor ik na 12 jaar niet meer en ik gebruik die badkamer toch niet, behalve als ik m’n haar wil uitspoelen na het verven”, zei ik.
“Maar dat is toch zonde van het water?”
“Jesus, je lijkt m’n vader wel.”
De lekkende kraan stond natuurlijk wél ergens voor. Spirituele irritantra-types zullen zeggen dat een lekkende kraan in huis, of een lekkage, staat voor het wegdruppelen van je energie aan zaken of personen die er niet toe doen. Dat je ‘ja’ zegt, terwijl je ‘nee’ bedoelt. Voor mij staat een druppelende kraan vooral voor een leertje dat vervangen moet worden. Of een kraan die volledig vervangen moet worden. Mijn lekkende kraan stond al jaren voor; kan alsjeblieft iemand dit voor mij fixen? Ik kan het heus wel allemaal zelf met een YouTube-filmpje ernaast, maar ik wil gewoon dat iemand anders dit doet! Dat ik er helemaal niet over na hoef te denken op geen enkele manier.
Op een frisse maandagmorgen in december reed Ruud naar de Gamma om een nieuwe kraan te halen, hij rommelde wat in de garage tussen de bakken met gereedschap die diverse exen hebben achtergelaten, hij verwijderde de oude kraan en zette er een nieuwe op. Er moest ergens een stukje duct tape aan te pas komen, want het blijft een badkamer uit de jaren 70, maar ik heb momenteel geen lekkende kraan meer. De energie stroomt weer!
M’n vader was zeer onder de indruk.
LUNA EN HOE HET DUS BEGON MET EEN NAGELLAK-DATE
Naar aanleiding van de foto die ik maakte tijdens mijn solo-verblijf in de Van der Valk in Tiel om te vieren dat ik niet 10 jaar getrouwd was met J. stuurde Ruud me een berichtje via Instagram.
‘Ik zag gisteren nog in mijn kast een stukje karton staan wat je ooit maakte. Met een uitgeknipte vogel en een tekening eromheen met ‘lieve @hoof’ erop. Superkut hoe je je in de luren hebt laten leggen en onterecht dacht dat je veilig en op je plek was. Ik ken het helemaal, helaas. Misschien moeten we gewoon maar eens een bruidsreportage maken, gewoon omdat het kan.’
Creatieve ideeën? Creatieve samenwerkingen? Mij bellen!! Of in dit geval; mij een Instagram-berichtje sturen!
Ruud en ik kennen elkaar al jaren. En jaren. En jaren. Vanaf het begin van het webloggen. Het lifeloggen. Vanaf het begin van Twitter. Dus toch zeker al meer dan 20 jaar. Er waren af en toe wat berichten over en weer en Ruud heeft jaren geleden wat logootjes voor me gemaakt. We hebben elkaar zelfs ooit ontmoet, dus samen met hem een helemaal-over-de-top bruidsreportage maken leek me geweldig! Dingen maken! Dingen doen! Ik had ook nog wel wat ideetjes voor een foto, Ruud nog meer, ik nog meer, we gingen Whatsappen, we gingen bellen, we gingen videobellen en uiteindelijk kwamen we tot de conclusie; we doen een nagellak-date en een nagellak-foto.
Ruud had verteld dat hij z’n nagels altijd lakte, maar ik heb sinds een jaar een Gellac-apparaat en Gellac is zoveel beter dan gewone nagellak. Dat moest ik ‘m gewoon laten zien! Ik zou zijn nagels voorzien van zwarte Gellac met glitters en daarna zou ik met zijn hand op de foto gaan en hij met mijn hand. Die foto’s zouden we dan op onze Instagram zetten en, en dat zou dan het leuke zijn; veel mensen uit de weblog-scene van vroeger zouden dan misschien gaan denken dat wij wat hadden. Eenzelfde soort foto bij Ruud als bij mij! Alleen de voorpret was al leuk!
Een paar weken later lakte ik de nagels van Ruud, ik lakte mijn eigen nagels, ik was ruim met de glitters, ik was ruim met de wijn en we praten alsof we elkaar al jaren kenden. Toen het tijd was om onze eerste foto samen te gaan maken was die van Ruud binnen een paar keer klikken voor elkaar. Mijn hand over zijn mond. Klaar en klik.
Mijn foto duurde wat langer, want ja, ik wilde wel serieus kijken! Het moest geen lachebekkende foto worden. Niet zoals ik altijd kijk. Niet blij. Maar recht-vooruitkijkend. Niet lachen. Niet lachen. De hand van Ruud voor mijn mond. Ik lachen. Nog meer lachen. Ik in zijn vinger bijten. Nog meer lachen. Minstens 50 pogingen tot een goede foto. Allemaal mislukt. Tot hij met z’n andere hand m’n haar vastpakte en me aankeek.
Oh.
Okay.
Blauwe ogen in blauwe ogen.
Klik.
Als je binnen, pak ‘m beet, zo’n 24 uur niet hebt gedacht; nou, daar zou ik wel eens bovenop willen zitten, dan denk ik niet dat ‘t ‘m verder gaat worden. Voor mij niet in ieder geval. Liefde kan groeien. Vriendschap kan groeien. Maar fysieke aantrekkingskracht is er of die is er niet.
Klik en klaar.
LUNA EN GERANIUM GERDA
Een paar maanden geleden kwam ik een 65+ kennis tegen op straat tijdens een wandeling. Hoe het met me ging. Ze wist dat m’n vorige relatie over was en dat ik daar nogal van slag van was geweest. Ik vertelde dat ik sinds een paar weken weer kennis had aan een man.
“Oooooooooooh, jij kan ook niet zonder hè?”, zei ze.
Ze rolde nog net niet met haar ogen.
Ik schrok ervan. Het voelde heel onaardig. Veroordelend. Ik schaamde me bijna toen ik iets zei in de trant van ‘ja, maar ik vind ‘m echt heel leuk en ik ben verliefd en ik ben heel blij.’ Ik had meteen moeten vragen; “Wat bedoel je, waar denk je dat ik niet zonder kan?”
Niet zonder een man?
Niet zonder liefde?
Niet zonder seks?
Niet zonder intimiteit?
Niet zonder iemand die zegt dat het allemaal goed komt?
Ik lag er daarna de hele nacht wakker van. En daarna nog wel een paar nachten. Kan ik niet zonder? Of wil ik niet zonder? Ik dacht dat ik de afgelopen jaren al wel genoeg heb laten zien dat ik zonder een heleboel van die dingen kan, al dan niet tegelijkertijd. Ik werd er alleen over het algemeen niet zo blij van. En aan wie moet ik eigenlijk laten zien dat ik zonder kan? Flikker op.
Misschien had ik moeten zeggen: “Lekker makkelijk oordelen vanachter je geraniums Gerda, vanuit een afbetaald koophuis waar je al 30 jaar samen met je man woont. Kun jij zonder die veiligheid, die vastigheid, die basis? Het is makkelijk lullen met 2 auto’s voor de deur die elke zaterdag door je man worden gewassen. Met je pensioen. Met zijn pensioen. Met je vakantiehuisje op Texel. Met je AOW. Met je 2 labradors. Kun jij zonder al die dingen? En het is heel makkelijk oordelen als elke zondag je kinderen met de kleinkinderen langskomen en dat je dan met z’n allen voor 100 euro Chinees bestelt met van die mini-loempiaatjes en pangsitjes en zoete chilisaus en 3 bakken kip-sateetjes. Ik denk niet dat jij zonder dát kan. En… Geranium Gerda; hoe zit het eigenlijk met de liefde, seks en intimiteit die jij ontvangt? Sta jij daar nog voor open of heb je al jaren en jaren en jaren geleden besloten dat het allemaal wel goed is zo? Zo zonder?” Maar dat zei ik niet, want Gerda heeft waarschijnlijk haar eigen issues, haar eigen problemen, haar eigen angsten en probeert, net als ik, gewoon maar wat van het leven te maken. Op haar manier. En haar manier is niet de mijne. En de mijne niet die van haar.
Ik wil niet zonder man.
Ik wil niet zonder liefde.
Ik wil niet zonder seks.
Ik wil niet zonder intimiteit.
En ik wil vooral niet zonder hoop.
Ik hoop dat ik degene heb gevonden die ik kan geloven als hij zegt dat alles goed komt.
LUNA WIL GRAAG EEN HULPLIJN INZETTEN
Het kwam ineens uit het niets. Ik had een heerlijke werkdag gehad bij Mail & Female. Alleen maar leuke klanten, alles liep helemaal op rolletjes en na werktijd at ik nog een patatje met m’n collega’s en daarna rookte ik met collega N. nog stiekem een sigaretje. Ik stapte daarna in de metro richting Amsterdam Zuid en van daaruit in de trein richting Utrecht. En toen kwam ineens het besef; ik ben blij. Ik heb een hele fijne dag gehad. En toen begon ik zachtjes te huilen. Want ik had niemand om het aan te vertellen. Althans, zo voelde het, want ik heb genoeg vrienden en vriendinnen om te bellen, faxen, mailen en ik heb Godverdomme heel Instagram en Facebook en m’n eigen site om van alles op te zetten, maar dit was anders. Dit was een; ik ga zo naar huis en er is niemand die op me wacht. Ik heb niemand om bij thuis te komen. Niemand die een wijntje voor me inschenkt en een toastje voor me maakt en me vraagt hoe m’n dag was.
Ik wil iemand om bij thuis te komen.
Het zachtjes huilen veranderde bij m’n overstap van station Utrecht CS richting Tiel in een wat harder huilen, maar ik had mezelf en m’n ademhaling nog onder controle. Maar toen ik uitstapte in Tiel en richting huis liep ging het mis. Er was geen houden meer aan. Het was janken. En janken. En janken. En het boeide me helemaal geen reet meer dat andere mensen me zouden kunnen zien, want er was gewoon écht geen houden meer aan.
Het enige dat ik wilde was omdraaien. Omdraaien en in een trein stappen richting hem, ook al had ik hem al maanden niet gezien. En aangezien het janken echt niet meer stopte werd het tijd om een Weekend Millionairs-hulplijn in te zetten. Ik ging voor de ‘50/50’. ‘Twijfel je? Laat dan twee foutieve antwoorden wegstrepen. De keuze wordt zodoende een beetje gemakkelijker.’ En ik wist heus wel dat welk contact dan ook met hem het aller-, allerstomste was dat ik zou kunnen doen, maar m’n verdriet ging niet weg. M’n ademhaling ging inmiddels wel op standje hyperventilatie, dus het was tijd voor een andere Weekend Millionairs-hulplijn; de hulplijn: Bel een vriend’. Dus ik belde vriendinnetje F., altijd zeer geschikt om een ander even helemaal naar de tering te schelden.
“F. je moet me er even bij halen, want ik draai me zo om en ik ga naar hem toe en ik ben helemaal overstuur en ik zie het hele leven niet meer zitten.”
“Jij gaat helemaal niet naar hem toe, want het is een klootzak.”
“Oh ja.”
“Jij gaat gewoon naar huis, naar de poesjes en hij is een eikel en hij is niet goed voor je geweest.”
“Oh ja.”
“Het is een fucking lul en hij verdient jou niet en jij verdient beter.”
“Oh ja.”
“Het is een teringlijer.”
“Oh ja, het is een kutlul.”
En na dit gesprekje kwam ik keurig ademend thuis, maar vertrok voor de zekerheid wel meteen naar bed, want als je slaapt kun je niet janken.
De volgend ochtend voelde ik me alleen nog veel slechter dan de avond ervoor. Ik bleef huilen en huilen en huilen en ik vond mezelf de allerzieligste van de hele wereld en ik kreeg mezelf echt niet meer onder controle. De enige controle die ik nog had was het gebruiken van de ‘Weekend Millionairs-hulplijn; Bel een vriend’. En dat heb ik dan ook een paar dagen gedaan. Ik heb van me af gejankt en gepraat. Vrienden zijn me van mijn bank komen plukken om op hun bank neer te zetten, ze hebben me naar de kinderboerderij genomen, naar de dierentuin, naar de ijssalon, naar de manicure. Ze hebben ervoor gezorgd dat er nog iets van eten in me ging, inclusief wat wijntjes, want soms is wijn dus zeker wél een goed idee.
Na een paar dagen was het ineens klaar met m’n gejank. Ik werd wakker en besefte dat er nog een andere Weekend Millionairs-hulplijn is; ‘Vraag het publiek.’ En nu is het voor mij niet zozeer ‘vragen aan het publiek’, maar meer ‘delen met het publiek’. Tijd om die in te zetten. Vanaf het moment dat ik weer begon met schrijven gaat het een stuk beter met me.
Schrijven was altijd mijn hulplijn.
LUNA EN EEN SNOBBY EX
Ik appte ex S. of hij misschien zin had om een hapje te gaan eten bij Ortagu als ik klaar was met werken. We hadden elkaar meer dan 3 jaar niet gezien, dus sowieso genoeg bij te praten. En hij wilde zeker wel een hapje gaan eten en kwam me keurig ophalen na m’n werk, maar over het restaurant moesten we het nog even hebben.
“Ortagu is echt een heel goed Japans restaurant, ik heb daar de vorige keer fantastisch gegeten met m’n collega’s. Met gefrituurde nori-vellen!”, zei ik.
“Het is ook niet slecht, maar er zijn betere”, zei hij.
“Ik denk dat Ortagu de beste Japanner is waar ik ooit heb gegeten.”
“Sja.”
“Jesus, wat ben je ook een snob.”
“I know.”
“Ik vind Ortagu echt prima. Ik was een paar weken terug bij Sumo op het Leidseplein, dat is pas slecht.”
“Ik ga liever eten bij Momo.”
“Wat is Momo?”
“Een goed restaurant.”
“Ik denk niet dat ik Momo-moneys heb.”
“No worries, it’s on me.”
Er zijn momenten in je leven dat je de onafhankelijke, zelfstandige vrouw uit kunt hangen. En er zijn ook momenten dat je dat beter niet kunt doen.
“Okay, dan laat ik het helemaal los.”
“En ik ga allemaal snobby dingen bestellen.”
Niet veel later staarde ik naar een soortement van iglo met daarin een bakje met tonijn en kaviaar. In de iglo stond een kaarsje, zodat de iglo langzaam smolt. Een iglo! Met tonijn! En kaviaar! En een kaarsje! Het slaat nergens op, maar het is fucking briljant! En het was ook nog eens fucking, amazing lekker! Net als de sashimi en de sushi’s die daarna werden geserveerd. En de wijn was trouwens ook heerlijk! Heerlijk! Heerlijk! Als toetje kreeg ik een cocktail met de toepasselijke naam ‘golddigger’.
“Thanks”, zei ik toen we onze jassen aantrokken, “dit had ik echt even nodig. You made me feel special.”
Het biertje in de kroeg daarna betaalde ik.
77 YEARS OF HOPES AND DREAMS
Vandaag, precies een jaar geleden overleed mijn geweldige moeder. Er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan haar denk.
“We moeten iedereen wel een bedankkaartje sturen hoor”, zei m’n vader een paar weken na de condoleance.
“Ja, ja, pappa, komt goed, ik ga iets anders doen. Iets wat meer bij mij past. En wat meer bij mamma past.”
Iedereen die ons het afgelopen jaar heeft gesteund of hun medeleven heeft getoond, op wat voor een manier dan ook; bedankt. Elk gebaar, groot en klein, is enorm door ons gewaardeerd. Ik heb ervoor gekozen om geen bedankkaartjes te sturen. Ik wilde graag iets anders doen. Een soort ‘pay it forward’.
Pay it forward is een ‘uiting’ van een goede daad aan anderen in plaats van aan de oorspronkelijke weldoener. Je geeft de goede daad die aan jou is gedaan dus door aan anderen. Je kunt liefde teruggeven, maar je kunt liefde ook doorgeven.
Het afgelopen jaar maakte ik, met liefde, 77 dromenvangertjes. Eén voor elk jaar van m’n moeders leven.
Het was voor mij belangrijk om iets terug te doen wat mijn moeder me heeft geleerd. Iets fysieks. Iets met m’n handen. Iets creatiefs. Mijn moeder leerde me borduren. Breien. Haken. M’n moeder leerde me handwerken en van haar erfde ik m’n liefde voor textiel.
Mijn liefste herinneringen aan m’n moeder zijn die waarin we vroeger samen knutselden. Zo vouwden we, toen ik nog thuis woonde, samen ooit honderden sterretjes voor in de kerstboom. Maar ook de laatste jaren, tijdens haar ziekte, zaten we regelmatig tegenover elkaar aan tafel te handwerken. Ze hielp me met het haken van kleedjes, het uitzoeken van kralen, het opspannen van dromenvangers en alle dingen die ik maakte liet ik als eerste aan haar zien. Als iets niet lukte, dan belde ik haar voor advies of om gewoon even te klagen. Mijn moeder was mijn grootste fan. En ik die van haar.
Deze 77 dromenvangertjes maakte ik alleen. Al was m’n moeder er, zoals eigenlijk altijd als ik iets maak, in gedachten bij.
In elke dromenvanger hangt een ‘HOPE-hangertje’ in het midden.
Hoop is een emotie die ik pas dit jaar, het eerste jaar zonder mijn moeder, maar juist ook dit Corona-jaar, heb begrepen. Ik dacht dat hoop een passieve emotie was. Iets naïefs. Dat je gaat zitten en dan maar hoopt dat het morgen beter is of wordt.
Maar hoop zorgt ervoor dat je doorgaat. Dat je opstaat. Dat je kiest. Dat je staat. Dat je leeft.
Hoop dóét leven.
Deze dromenvangertjes wil ik graag gratis sturen naar mensen die een beetje hoop of gewoon iets liefs in hun leven kunnen gebruiken. En jij mag kiezen naar wie. Ik stuur het dromenvangertje gratis, namens jou en met een persoonlijke boodschap van jou naar degene die jij kiest.
Ga naar Maaneschijn.nl, vul jouw gegevens in, kies voor ‘verzenden naar ander adres’ en vul daar de gegevens in van de ontvanger. Bij ‘bestelnotities’ schrijf je het briefje dat ik naar de ontvanger mag sturen (ik print dit uit en stuur dit met de dromenvanger mee).
Ik hoop dat ik alle 77 dromenvangertjes namens jullie mag versturen. Mocht dat eventueel niet lukken, dan breng ik de rest naar de afdeling chemotherapie in Ziekenhuis Rivierenland in Tiel!
Je vindt deze Hopes & Dreams-dromenvangertjes: www.maaneschijn.nl/dromenvanger/77-years-of-hopes-and-dreams
NOU, NOG EENTJE DAN…
Iedereen die mij persoonlijk kent, maar ook iedereen die al jaren met me meeleest en meeleeft op Maanisch.com weet; Luna houdt wel van een wijntje. Of 2. Of 3. Of de hele fles. Hoewel ik tot m’n 21ste nooit iets van alcohol heb gedronken heb ik dat alle jaren daarna ruimschoots ingehaald.
Met een vriendin lunchen zonder een wijntje erbij? Uit eten zonder een paar flessen wijn? Hoe dan?! Het kwam niet in me op dat er ook mensen waren die zonder bier of wijn een leuke avond konden hebben. Uitgaan zonder drank? Belachelijk! Dan kan je net zo goed thuis blijven! Al kun je thuis ook prima een lekker drankje doen natuurlijk. Koffie? Thee? Dat drink je ’s ochtends bij het ontbijt, niet ’s middags of ’s avonds. Doei. Als je ’s middags of ’s avonds visite krijgt of op visite gaat, dan is het tijd voor wijn! Wijnen! Wijnen! Wijnen!
Er was de afgelopen 20 jaar altijd wel wat te vieren.
En er waren problemen te vergeten.
Zoveel leugens te verbloemen.
Ruzies te verzachten.
Fouten te vergeven.
Demonen te verjagen.
Verdriet te verdrukken.
Grenzen te verleggen.
Verbitteren.
Verdoven.
Veranderen.
En dat deed ik allemaal met een wijntje.
Wijntje voor het koken, wijntje tijdens het koken, wijntje tijdens het eten, dan ’s avonds nog een wijntje en ach, dan is die fles meteen maar leeg. Toch?
En als je een fles wijn per dag drinkt, dan heb je gewoon een probleem. Al vond ik het nooit echt een probleem, want ik viel er niemand mee lastig. Ik verdiende keurig m’n eigen geld, ik betaalde die wijn allemaal zelf, betaalde ook alle vaste lasten zonder problemen, kookte dagelijks het ene na het andere Indiase of Mexicaanse gerecht, ik slikte geen medicatie en ik had over het algemeen toch echt wel een heel gezellige dronk! Wat was het lachen met mij! Ik was een genot om mee om te gaan en oh, wat was ik toch een sterke vrouw die alles aankon! Kom maar op!
But who was I kidding? De helft van m’n leven heb ik voor iedereen heel goed gezorgd, behalve voor mezelf.
Waarom het me deze keer wel gelukt is om te stoppen met alcohol en al die ontelbare stoppogingen de jaren daarvoor niet, dat weet ik nog steeds niet. Ik was er vorig jaar 1 maart 2019 ineens klaar mee en klaar voor. Klaar met de alcohol en klaar voor een alcoholvrij bestaan.
Ik stopte zonder begeleiding, zonder hulp, zonder AA, zonder compenserende medicatie om m’n ADHD een beetje te temperen en ondanks alle ellende, alle wanhoop en alle verdriet van het afgelopen jaar én ondanks het feit dat er gewoon nog steeds bier en wijn in de koelkast staan en m’n drug-of-choice dus gewoon altijd voorhanden was. Niks geen #dryjanuary, maar een #dryyear en uiteindelijk een #dryforever voor mij.
Ik hoef maar 1 glas te laten staan.
De eerste.
En dit klinkt allemaal heel makkelijk, maar zo makkelijk was het niet. En is het niet. Het leven komt momenteel nogal rauw en ongefilterd binnen. Ik mis het euforische, relaxte, ooooh-alles-is-goed-en-alles-komt-goed-gevoel dat de eerste 2 wijntjes me kunnen geven. Ik mis de deken van ach-wat-maakt-het-ook-uit-allemaal waar ik onder kon liggen. Ik mis het wijntje bij het uit eten gaan. Ik mis het eerste wit-biertje in de zon op het terras. Ik mis m’n wijntje als de rest van een gezelschap wél aangeschoten is. Ik mis de gin-tonics, ik mis de Chardonnay’s, ik mis de Gewurztraminers, ik mis de cocktails met allerlei leuke parapluutjes, ik mis de Mojito’s, ik mis de 3-liter-pakken rosé die helemaal voor mij alleen waren en die ik met niemand hoefde te delen. Ik mis de Luna die af en toe helemaal naar de klote kon gaan, gewoon effe lekker de boel resetten. Ik mis het niet hoeven denken aan later, maar alleen maar aan vandaag. Ik mis m’n moeder.
Maar ondanks al het missen blijkt het leven zonder alcohol eigenlijk precies hetzelfde als met alcohol; meestal leuk, soms geweldig en af en toe behoorlijk kut.
HET MOEST TOCH EEN KEER GEBEUREN
We zagen er allebei een beetje tegenop. “Maar het moet toch een keer gebeuren”, had m’n vader steeds met betraande ogen gezegd.
De laatste kleding die m’n moeder droeg had ze nog keurig weggelegd. Haar broek, haar trui en een klein roze bh’tje hingen over de rand van een rieten stoel. Het was een stilleven waar ik even van moest slikken. Misschien ook wel omdat het me ontroerde dat m’n vader alles zo had gelaten. Alsof ze de volgende dag alles gewoon weer aan zou trekken.
Ik werp m’n kleding vaak ’s avonds van me af en laat het de volgende ochtend meestal op de grond liggen. Ik zou, nu ik 44 ben, toch eigenlijk wel een soort van goedlopend systeem moeten hebben ontwikkeld qua het ophangen, wassen, vouwen en opbergen van m’n jurkjes en shirtjes, maar helaas. Ik ben niet echt zuinig op m’n kleding en hoewel ik dat ergens wel zou willen, krijg ik het gewoon niet voor elkaar. Naast katten- en hondenharen zit m’n kleding ook regelmatig onder de modder van het uitlaten van Nina, onder de verfvlekken, want vergeten een schort aan te doen tijdens het schilderen en onder de vetvlekken, want vergeten een schort aan te doen tijdens het koken.
Mijn moeder was uit een heel ander hout gesneden. Alle kleding hing keurig schoon en gestreken in de kast. Bloesjes bij bloesjes, alle T-shirts op hangertjes, sokken keurig in bolletjes, broeken aan speciale kledinghangers en haar jassen en blazertjes hingen op zolder achter een gordijn. Het was niet alleen allemaal keurig netjes opgeborgen, het was ook nogal veel.
En het moest allemaal weg.
Ik had er vooraf al meerdere keren om zitten huilen, want de kleding van je moeder opruimen, ja, dat klinkt alsof haar herinnering een beetje wordt uitgewist, weg is weg en opgeruimd staat netjes en m’n moeder is dood en ik heb hier helemaal geen zin in en wat is het leven toch een grote emotionele kutzooi. M’n moeder is al die jaren zo zuinig op al haar kleding geweest en om het dan allemaal weg te doen; ik vond het nogal een ding. Maar of je het nu doet, of morgen, over een maand, of over een jaar; het blijft hoe dan ook verdrietig en dan kun je het maar beter nu doen, anders wordt het ding uiteindelijk alleen maar groter.
Dus zorgvuldig gestreken onderbroekjes en behaatjes verdwenen uiteindelijk zonder al te veel nadenken in de kliko. Een lievelingsvest, die zelfgemaakte blouse, dat T-shirt met poesjes dat ik voor haar kocht, de jas die ze maar 1 keer heeft gedragen, die kekke gympies met luipaardprint; alles hebben we zo snel mogelijk in vuilniszakken en dozen gedaan. Want hoewel ik erg in touch ben met m’n emoties de laatste tijd, ben ik gelukkig ook nog steeds heel goed in blik op oneindig en verstand op nul. Ik heb alleen het door haar gehaakte sjaaltje dat ze de laatste jaren altijd droeg als ze naar buiten ging bewaard.
Daarna tilden m’n vader en ik alles in de auto en brachten het naar de kledingbank. Het moest toch een keer gebeuren.