LUNA EN DE LULLIGE VOETBALFEITJES
Hoe het mannelijk brein werkt is mij soms een volkomen raadsel. Waarschijnlijk is dat wederzijds. Met grote verbazing kan ik luisteren naar voetbalgesprekken tussen mannen onderling. Als het over voetbal gaat komen ineens de meest futiele feitjes boven borrelen bij mannen met het IQ van een grasspriet. Als er voetbal op tv is daalt het IQ van mannen trouwens sowieso naar dat van een grasspriet, maar dat terzijde. Ook mijn partner P., over het algemeen niet de domste, onthoudt bijna alles wat met voetbal te maken heeft. Toen en toen, speelde die tegen die en toen werd het zoveel tegen zoveel in de zoveelste minuut. En wie er een gele kaart kreeg zit ook opgeslagen. Ongelooflijk, maar vooral zonde van de opslagcapaciteit. Om zijn kennis van lullige voetbalfeiten eens aan een uitgebreide test te onderwerpen kocht ik gisteren voor hem het boekje Oranje Lukraak, Nutteloze voetbalfeiten die iedereen moet weten. Overhoring: Hé P., welke internationals hadden er een sigarenzaak? Eh, Bennie Muller, eh, Rinus Israël, Sjaak Swart, antwoordt hij. Tsssss. Wie was topscorer op het EK 2000? Kluivert en Miloŝevic. Topscorer in 1996? Alan Shearer. Wat was het andere beroep van Adri van Tiggelen? Postsorteerder. En dat van Ruud Geels? Huisschilder. John van Loen? Betonvlechter. Wat was de uitslag van Frankrijk-België in 1984? 5-0. En wat was de uitslag van Engeland-Duitsland in 1996? 1-1, en Shearer scoorde in de derde minuut. Wie scoorde voor Nederland een eigen goal in 2000? Nederland- Joegoslavië, Govedarica. En wie scoorde een eigen goal in 1994? Nederland-Schotland, Brian Irvine. Ziek is het. Heel ziek. Zeg P.?, vraag ik. Ja, meisje? Hoe komt het dat je alles wat met voetbal te maken heeft meteen onthoudt, terwijl je na een jaar nog steeds de afwasmachine niet logisch in kan ruimen?
Oranje Lukraak, Nutteloze voetbalfeiten die iedereen moet weten van Floris en Martin Bester is uitgegeven door Uitgeverij Mouria, paperback, 88 pagina’s, ISBN 9045849224, prijs: 4,95
ATC-SERIE 22: MANEKI NEKO’S
(pen drawing with watercolor (the cat has a movable paw!))
(1. available / 2. swapped / 3. available / 4. available)
(5. swapped / 6. available)
ATC-SERIE 19: FORTUNE BOOKIES
(mixed media collage with real fortune cookie fortunes)
(1. available / 2. available / 3. swapped / 4. available
5. swapped / 6. available / 7. available / 8. swapped)
DING DONG DING DONG
Onze prachtige, door mij zelf geïnstalleerde, voordeurbel tingelt 1 keer ding dong en na enkele seconden nog een keer ding dong. Een prachtig geluid, behalve als ik lig te slapen. Ding dong ding dong, klonk het vannacht. Een slaperige blik op het display van mijn mobiele telefoon leerde me dat het 5:01 was. Kut. Vrienden komen op dit tijdstip niet onaangekondigd langs. Die bellen even van tevoren. Het zouden politieagenten kunnen zijn, om te vertellen dat er iets met de ouders van P. of mijn ouders gebeurd is. Ding dong ding dong, klonk het weer, maar nu een stuk luguberder. Jesus, hoe laat is het, vroeg P. toen er voor de derde keer werd aangebeld. Vijf uur, zei ik. Ding dong ding dong, voor de vierde keer. Nog slapend kwam P. uit bed, trok een shirt aan en liep naar boven. Kijk je uit?, riep ik naar P. toen hij de deur naar de hal openmaakte. Dit geloof je niet, riep P. naar beneden. Er stond een smoezelige kerel tegen het deurraam geleund te slapen. Iedere keer als hij wakker schrok duwde hij met zn vinger op de bel. Ding dong ding dong, deed hij weer. Schreeuw maar door de brievenbus dat-ie op moet tiefen, gilde ik. Hé, hoorde ik P. roepen, loop eens door, mafkees. De smoezelige kerel kreeg een helder moment; Ha, joh, eh, jo, eh, ba, ba, le, mu, mu, pe, le, ru, lo, no, no, ha, bu, bu, bu, eh, moe hier zijn. Je moet hier helemaal niet zijn, zei P., en nou opzouten. Tegen zoveel overredingskracht kon de smoezelige kerel niet op en schuifelend verdween hij weer de nacht in. Het is niet de eerste keer dat er een vaag, dronken of stoned type aan de deur staat te bellen op onhebbelijke tijden. Meestal zijn dit toeristen die ons huis voor een hotel aanzien, zwervers die denken dat het hier een dependance van het Leger des Heils is of junks die zeker weten dat er hier gedeald wordt; Eddie woont hier toch? We overwegen om na 1 uur s nachts 220V op de deurbel te zetten.
ATC-SERIE 21: NECKLACE ZEBRA’S
(mixed media collage)
(made for the ‘zebra swap’ hosted by me for the Dutch ATC-group)
(not available for swapping)
LUNA EN HET KONIJNTJE
Vriend F. is er een van het type oerman. Groot, sterk en tijdens gesprekken begint er altijd wel een zin met: Toen ik nog bij de commandos zat. Vriend F. is ook jager. Een fanatieke, met een heleboel geweren met extra gadgets. Groot was zijn verbazing toen ik vertelde dat ik nog nooit konijn had gegeten. Dat is zielig, probeerde ik. Zielig? Zielig?, riep hij. Als ik in de gelegenheid ben, dan zal ik een konijn voor je schieten. Al is vriend F. al 19 jaar in het bezit van vrouw T. en 4 jaar in het bezit van kind B., toch voelde ik me meteen zijn oervrouw. Een man die een konijn voor je gaat schieten, dat maak je tenslotte niet elke dag mee. Gisteren was het zover. Vriend F. had konijnen geschoten op een Amsterdams kerkhof. Om 4 uur s morgens lag ik tussen de grafstenen, vertelde hij. Prachtig. Ik heb 24 konijnen geschoten. Hij had ze daarna eigenhandig geslacht. Ook zelf het velletje eraf gesneden?, vroeg ik en ik dacht aan zachte konijnenbontjes. Natuurlijk, zei hij. En omdat vriend F. vindt dat een jager zijn eigen vlees moet kunnen klaarmaken zat ik gisteren met een stuk gebraden konijn op bord. En het was heerlijk! Het was subliem! En ik had bijna geen moeite met de botjes die er toch wel heel erg als een konijnenskeletje uitzagen. Na het eten gingen we met het hele gezin nog even uitwaaien op het Zilverstrand. Kijk, daar zitten konijnen, zei vriend F. en hij wees in de verte. Zijn blik werd meteen fanatiek. Hij dook richting bosjes en gebaarde ons dat we dat ook moesten doen. En we moesten stil zijn, wat niet echt lukte. Stelletje waardeloze jagers, siste vriend F. toen we gniffelend achter hem aanliepen. Als je dichtbij de bosjes blijft, dan kun je tot wel 15 meter komen. En inderdaad, we kwamen tot heel dichtbij. Daarna hupsten de konijntjes met zn allen de bosjes in. Hun witte, wippende staartjes staan op mijn netvlies gegrift.
LUNA EN DE PAARDENFLUISTERAAR
Kunt u het een beetje vinden? Ik sta in new-age-winkel Himalaya aan de Warmoesstraat en ben op zoek naar een boek waardoor ik mezelf, mijn leven, mijn lot en de rest van de wereld beter ga begrijpen. Maar een doosje wierookstokjes is ook goed. Eh, ik kijk gewoon even, zeg ik tegen de man naast me. De new-age-man behoort niet tot het winkelpersoneel, maar is benieuwd welk boek ik onder mn arm heb. Ik laat hem Licht op de Crowley Tarot zien. Een boek over tarotkaarten. Oh, knikt de new-age-man een beetje afkeurend en begint een trage monoloog over zichzelf. Hij kijkt serieus en hij praat serieus, maar hij kijkt me niet aan. Hij heeft zich gespecialiseerd in aura-lezen en momenteel is hij bezig met de helende krachten van edelstenen en bergkristallen. Hij heeft er al heel wat mee bereikt. Iemand van migraine afgeholpen. En pas nog, heeft hij een paard van darmklachten afgeholpen. Ja, hij is me er eentje. Zucht. Heb ik weer. Een new-age-man die denkt dat-ie de nieuwe paardenfluisteraar is. Dat gaat me te ver voor vandaag. Maar om nu in een new-age-winkel én tegen deze specifieke kerel te zeggen dat ik het zo drukdrukdruk heb en dat ik écht geen tijd heb voor zijn geouwehoer lijkt me niet verstandig. Straks legt hij zn handen nog op mn schouders om me van alle stress af te helpen. Moet ik niet hebben. En zeker niet vandaag. Waarschijnlijk kan de new-age-man aan mijn aura zien dat hij op mn zenuwen begint te werken, want hij stopt midden in een zin met zijn verhaal. Ik zal je niet langer lastigvallen, meldt hij en hij loopt weg. Hij heeft me tijdens zijn hele monoloog niet 1 keer aangekeken en ik heb een hekel aan mensen die me niet aankijken. Al helemaal aan new-age-types die me niet aankijken. Nadat ik mijn Licht op de Crowley Tarot-boek heb afgerekend, loop ik langs de new-age-man naar buiten. Hij heeft net een andere klant aangeklampt. Die boer had dat paard anders weggedaan, hoor ik hem zeggen.
DE VERLULLISERING VAN HET VOETBAL
Ik denk Zenden diep op links. Ik denk Cocu gewoon lekker in het midden. Ik denk Stam achterin. En ik denk Van Nistelrooy op de bank. Iedereen schijnt een mening over het Nederlands elftal te moeten hebben en het ergste is; iedereen schijnt m ook te moeten geven. Nederland 1, Nederland 2, Nederland 3, RTL4 en SBS6, en dan heb ik het nog niet eens over de schrijvende medemens; overal zijn alleen maar woorden over voetbal waar te nemen. In een soort codetaal die mannen onderling afgesproken hebben om intelligent over te komen bij vrouwen. Natuurlijk weten we wat buitenspel is, maar meer moet je als vrouw ook niet laten blijken, anders zit je de hele avond over voetbal te lullen. Ik ben het hele EK nu al zat en Nederland heeft nog niet eens gespeeld. Maar partner P. smult ervan. Het kan hem niet gek genoeg. Hij zat te kwijlen bij de gouden rugnummers van Italië en hij kreeg een stijve van de duikkopbal van Henke Larsson. Zucht. De hongerproblematiek in de wereld is even tijdelijk stopgezet. Belangrijker is of Nederland met 2 of 3 spitsen speelt. Nou vooruit dan, Luna lult even mee. Hebben we dat ook weer gehad. Er moet meer geswitcht worden. Meer 1-2-tjes. Meer oogcontact en diepgaan. Rustig opbouwen en dan genadeloos toeslaan. Luister Dick, mannen met uithoudingsvermogen moeten we hebben. Het is daar in Portugal meer dan 40 graden. Ik zeg Kluivert, ik zeg Van Bronckhorst, ik zeg Davids, ik zeg Bouma, ik zeg Reiziger en ik zeg Van Hooydonk. Hoeveel negers hebben we eigenlijk in de selectie? Ik zeg toch nog Jerrel en Nigel bellen van de reservelijst. En ik zeg, al kan-ie maar een beetje lopen, Seedorf erin. En van mij mag-ie dan best een penalty nemen.
LUNA IN HET WEBCAMHUIS
Het vorige FOXY-feestje in het webcamhuis was al visueel genieten, maar het feestje dat FOXY gisteren ter ere van haar 3-jarig bestaan gaf ging daar probleemloos overheen. Sjongejonge wat een lekkere wijven, zeg ik zuchtend tegen vriendin P. als we na 2 uur staren vanaf de zijlijn eindelijk tussen de webcammeisjes durven te dansen. Ieder nieuw liedje wordt met luid gejuich ontvangen door de weinig-om-het-lijf-meiden; Ieeeeeeeeee!!!! Om vervolgens met zn allen strijdlustig competitie te voeren om wie het meest geil kan dansen. Ze weten precies welke bewegingen ze moeten maken om zo spannend mogelijk uit de hoek te komen. En de bewegingen die ze maken worden minutieus gevolgd door de minstens 20 webcams die in deze woonkamer aanwezig zijn. Daarnaast zijn er 2 mannen druk in de weer met fototoestellen en cameras voor de nodige close-ups. Ieeeeeeeeeee, gillen de meisjes. Its getting hot in herre van Nelly wordt op de draaitafels gelegd. Inderdaad. Het is hier behoorlijk heet. Het webcamhuis wordt standaard tot 30 graden opgestookt. Logisch. De meiden lopen praktisch naakt en met een broeierige temperatuur ontstaat vanzelf een broeierige sfeer. Ieeeeeeeeeeeee!!!, klinkt het weer. Nadat Breathe van Blue Cantrell ft. Sean Paul is gestart zie ik 2 meiden op de grond liggen. Slipjes uit. Vingers erin. Tong erin. Camera erbovenop. Poe. Slik. Ieeeeeeeeee, gillen de meisjes als er weer een nieuw plaatje wordt opgezet, maar een stuk harder dan bij de andere liedjes. Vriendin P. en ik kunnen het liedje niet plaatsen. We kijken om ons heen en zien dat de meeste webcammeisjes de tekst hard meezingen. Navraag bij de dj leert ons dat het een bekend Roemeens nummer is. Er wordt nog steeds gedanst, maar anders dan daarvoor. Even vergeten de meisjes dat ze geil bezig waren. Het webcamhuis lijkt niet te bestaan. Er is geen onderlinge competitie. Even zijn ze helemaal zichzelf en zijn ze allemaal ver van huis. Ik zie een meisje in een blauw stringetje een traan wegpinken.
HI, HOW ARE YOU?
In onze straat bevinden zich naast elkaar een kiosk, een pizzeria en een grillroom. En boven die 3 gebouwen zit een hotel, dat dezelfde ingang heeft als de pizzeria. Deze 4 bedrijven worden uitgedragen door een Israëlische familie en dan vooral door de mannelijke helft daarvan. Vrouwen zie ik amper als ik naar binnen kijk, maar die zullen s ochtends waarschijnlijk de kamers van het hotel schoonmaken. De kiosk is inmiddels bekend gebied voor P. en mij. Als we ineens bezoek krijgen, of dorst, of zin in een zak chips of drop, dan is dat bij de kiosk zo geregeld. Ik ken de mannetjes van de kiosk en de mannetjes kennen mij. Altijd prettig. Het mannetje van de pizzeria zwaaide altijd heel enthousiast gedag als ik langsliep. Hij een grote glimlach, ik een grote glimlach. Hi, how are you?, riep hij dan. Goed, schreeuwde ik dan in mijn voorbijgaan, ik heb net even boodschappen gedaan. Ik ga gebakken aardappeltjes met broccoli eten! Doehoei! Of iets van die strekking. In het Nederlands blèren gaat me een stuk sneller af dan in het Engels. En het pizzeria-mannetje knikte altijd begrijpend en gaf me een nog grotere glimlach. Tot ik een paar weken geleden bij hem een pizza bestelde en er zo achter kwam dat hij helemaal geen Nederlands sprak. So Ive been talking Dutch to you for a year and youve never understand a word I said?, vroeg ik. No, I didnt, zei hij en hij glimlachte. Mooi is dat, zei ik en ik lachte terug. Sindsdien loop ik altijd even naar hem toe voor een praatje. Gisteren moest ik voor een pakje sigaretten naar de kiosk. De gebruikelijke sigaretten-mannetjes waren er niet, maar zijn invaller zag er praktisch hetzelfde uit. Waarschijnlijk een neef. Hi, how are you?, vroeg de sigaretten-neef. Hi, Im fine. I went to the Vondelpark with some friends. The weather was great today wasnt it? And how are you?, vroeg ik. Yes, yes, zei de sigaretten-neef. Zucht. Beleefdheid wordt soms ontzettend overschat.