web analytics

Maandelijks archief oktober 2004

LUNA HEEFT BUIKGRIEP

“Mamma!! Ik ben ziek. Ik heb buikgriep en ik ben zielig”, zei ik vanmorgen sip door de telefoon. “Wat nu weer?”, vroeg ze. “Zaterdagavond fietste ik 25 minuten en ik zou bijna flauwvallen. Ik had al een paar dagen last van m’n darmen, maar ik dacht dat ik best kon gaan stappen”, zei ik. “Ja, dan is het gewoon je eigen schuld”, zei m’n moeder. “Ik ben daarna niet eens gaan stappen”, zei ik verdedigend. “Ik heb gisteren de hele dag op bed gelegen en P. heeft thee gezet en een kruik gemaakt en vriendin M. is medicijnen komen brengen en een bosje bloemen.” “Hmm”, zei m’n moeder. “Heb je niks verkeerds gegeten?” “Nee, mam, ik heb gewoon een buikgriep. Ik hou niks binnen en ik ben hartstikke slap”, zei ik. “Je drinkt ook veel te veel”, zei ze verwijtend. “Mamma! Dat heeft hier niks mee te maken!” “Jij hebt altijd last van je darmen”, meldde ze rustig. “Maar dit is iets anders! Ik ben nu écht ziek!”, probeerde ik nog maar een keer. Tevergeefs. Het enige dat ik van m’n moeder verwacht is dat ze met me meeleeft: “Ah, wat vervelend voor je. Ga maar lekker op de bank naar ‘The Sound of Music’ kijken. Met een kopje soep.” Zo ging dat vroeger altijd. Maar omdat ze nu op dit moment niets voor me kan doen, geeft ze me uit onmacht maar de schuld van mijn eigen ellendigheid, met als dieptepunt: “Is het echt geen voedselvergiftiging? Ja, vorige week heb je gehaktballen gemaakt en daar heb je zeker van tevoren een rauw stukje van geproefd? Ik ken jou.” “Mamma, ik heb buikgriep”, zei ik moegeslagen. “Dat bestaat. En nu moet je ophouden er een andere verklaring voor te zoeken. Buikgriep heerst.” “Bij jullie in Amsterdam zeker?”, zei ze. “Hier in Tiel merk je er niks van.” “Ik bel je morgen wel weer”, zei ik. En toen hingen we op. Maar ik weet zeker dat ze nu onderweg is naar een boekwinkel om een beterschapkaart te halen. Die ligt morgen in mijn brievenbus.

19

LUNA HOEFT GEEN BESNEDEN LUL

Ik studeerde net in Amsterdam, was net van mijn ex af en lag ineens op mijn studentenkamertje met een lange en dunne penis in mijn handen. Zo eentje waarvoor de naam ‘snikkel’ gemaakt lijkt. Ik deed verwoede pogingen om die snikkel af te trekken, maar er viel niets te trekken. Hij miste z’n voorhuid. Heb ik weer, dacht ik toen, een besneden lul. “Maar jij bent toch geen Moslim?”, vroeg ik met een intelligentie die door mijn geilheid nogal ver te zoeken was. Complicaties bij z’n geboorte, vertelde hij. Vandaar. Na de snikkel-man heb ik nog 2 keer het bed gedeeld met voorhuidloze mannen. Allebei Joods en allebei Amerikaans. Geen succes-verhalen. Bij alledrie de besneden mannen bleef het toch behelpen in bed. Zij waren waarschijnlijk de uitzonderingen op de regel dat besneden mannen langer en beter kunnen neuken. Helaas. Dat een besneden lul hygiënischer zou zijn, zou kunnen, maar wat heb je, als vrouw, aan een lekkere frisse lul als je er tijdens het pijpen toch niks mee kunt? En iedere vrouw die wel eens een pik zonder voorhuid in haar mond heeft gehad weet wat ik bedoel. Je mist het roetsjen. Het roll-in-roll-out-gevoel. Je kan wel een beetje op-en-neer-en-heen-en-weer, maar zonder dat velletje is er dus helemaal niets aan. Nog erger is het als tijdens de besnijdenis ook nog het toompje is weggesneden. Dat minuscule, maar meest gevoelige stukje huid, waar je als vrouw zo leuk met je tong langs kan glijden, dat wordt gewoon op sterk water gezet! Het is je reinste verminking. Welke God heeft de man geschapen en daarna bedacht dat er eigenlijk een klein stukje te veel aan zit? En dan nog wel het lekkerste en leukste stukje van allemaal? Door deze ingreep onder de noemer ‘traditie’, ‘cultuur’ of ‘God’ wordt de pijp-beleving van een hoop dames flink verpest. Vrouwen zijn zo niet alleen de dupe van vrouwenbesnijdenis, maar ook van mannenbesnijdenis.

Michael Schaap (zelf besneden) maakte voor ‘Het Geluk van Nederland’ de reportage ‘Mama, waarom ben ik besneden?’ Zondag te zien op Nederland 3, 23.10 -23.45. http://geluk.vpro.nl

49