web analytics

LUNA EN 10E’S TWEEDE WEBLOGMARATHON

Als je dingen voor de tweede keer doet, dan sluipt er al snel een bepaalde gewenning in. Een; ach-ik-weet-hoe-het-gaat-mij-hoef-je-niks-te-vertellen. Been there, done that, got the T-shirt. Dus toen ik afgelopen woensdag om 11.00 uit het vliegtuig uit Isla Margarita stapte dacht ik; ach, aanstaande zaterdag 23 uur webloggen, dat doe ik er wel even bij. Ik heb het al eerder gedaan en dit kan er best even naast. Er even tussendoor. Maar dat lijkt niet echt te lukken. Want ik moest gisteren ineens op televisie, met alle stress die daarbij paste. Ik ben er nu nog misselijk van. En gisteren hoorde ik ook nog eens van 10e dat we zaterdag door een Parool-journalist geïnterviewd zouden worden. Een journalist van het Parool! Mijn eigenste krant! En ik werd ook nog eens gebeld door een Parool-fotograaf, of hij morgen langs kon komen, tijdens de weblogmarathon, om een echte foto te maken, voor bij het interview. Ik vond het nogal een hectische toestand ineens. Ik werd er helemaal nerveus van. En ik zat nog midden in een halve jetlag. En toen ging ik vanmorgen ook nog eens mijn ingesproken voice-mailtjes afluisteren, want tijdens mijn vakantie stond mijn mobiele telefoon natuurlijk uit, wat een opgehoopte toestand gaf van 32 voicemail-berichten. En toen werd het me allemaal écht teveel. Toen wou ik weer terug naar Isla Margarita. Maar ik moest eerst iedereen terugbellen, wat allemaal nog meer stress gaf, want, al 2 weken niet gezien, al 4 maanden niet gesproken, al een jaar niet gezien, al een week niet teruggebeld, en hoe was je vakantie, en hoe gaat het verder dan, ik wil je zien, we spreken af, ik heb je gemist, ja, ik jou ook, je moet dit even doen, je moet dit even bekijken, hier en daar, doe het dan, doe het dan nu. En ik ga het ook allemaal nu doen. Al zegt iets in mij; mañana, mañana. Morgen! Morgen! Maar die 23-uurs-marathon is niet meer morgen. Die is vandaag. En die begint over 10 uur. Om precies te zijn op 26 maart om 12.00. Maar wat mij betreft nu nog even mañana.
www.weblogqueens.nl

5

BELLEN MET LUNA

De vorige keer kon ik niet ‘skypen’ omdat mijn pc te traag was. Dat probleem is nu verholpen. Vandaag, tijdens de weblogmarathon van 10e en Luna, ben ik 24 uur bereikbaar via Skype. Mijn gebruikersnaam: maanisch.

8

CHATTEN MET 10E EN LUNA

Tijdens onze weblogmarathon, 26 maart, van 12.00 uur zaterdag, tot 12.00 uur zondag is er een heuse chatroom aangemaakt. Om gezellig met z’n allen te, eh, chatten. Inloggen en registreren via www.10e.nl/chat
Tot dan!

3

JESUS GOES VOLENDAM

“Jesus Christus, wat een lekkere kerels hier”, zei ik tegen 10e toen we de kantine behorende bij de televisiestudio binnen kwamen, “waar komen die in Godsnaam vandaan?” “Geen idee”, zei 10e. Ik gaf m’n ogen eens goed de kost aan dit leuke uitzicht en probeerde ondertussen een beetje te ontspannen en niet teveel aan de uitzending te denken. En net toen dat ontspannen lukte viel m’n blik op een jongen die ik herkende tussen de lekkere-mannen-groep. Dat was die gozer uit ‘Idols’! Die kerel uit Volendam! Die het niet gehaald heeft! Maar die ik wel tot mijn persoonlijke favorieten had gerekend, destijds! Meteen daarna realiseerde ik me dat deze lekkere mannen tot de Volendammer-groep behoorden die in de uitzending een liedje uit ‘Jesus Christ Superstar’ zouden gaan doen. Toen ik die aankondiging had gelezen op de website van Vara Live had ik iets heel anders in gedachten bij een Volendammer-koor! Mannen in klederdracht bijvoorbeeld. En mannen die de originele tekst vertaald hadden in het Volendams. En dat ik mij zou ergeren, dat ook. Maar lekkere kerels, nee, daar had ik dan weer niet aan gedacht. Ik dacht; Volendammers en ‘Jesus Christ Superstar’, het moet niet gekker worden! Afblijven van deze prachtige musical, dat moeten ze, die visboeren en palingrokers! Want ik ben een groot fan van de originele ‘Jesus Christ Superstar’-versie van Andrew Loyd Webber en vooral van de stem van Carl Anderson, die Judas speelde in de film uit 1973. Maar! Jesus! Christus! Wat ben ik van mijn stoel gevallen tijdens de live vertolking van deze Volendamse groep tijdens Vara Live. Respect, en niet meer dan dat. Al mijn vooroordelen waren weg na 1 noot van de Volendamse Maria, na 1 noot van de Volendamse Judas en ook na 1 noot van de Volendamse Jesus. En het minstens 20 koppen tellende ‘achtergrondkoortje’ was daarnaast zeer appetijtelijk om tegenaan te kijken. Helaas zijn alle kaarten al uitverkocht, want ik was er graag bij geweest, bij hun optreden, volgende week in de Volendammer Evenementenhallen.
www.sporthalopperdam.nl

32

P. GEEFT LUNA EEN PEPTALK

Een uur voordat ik vertrok naar de B&W-studio vond P. het nodig om me nog een peptalk te geven. “Meisje, ga eens even zitten”, zei hij. “Nee, ik kan niet rustig zitten, ik ben zenuwachtig”, zei ik druk. “Ja, dat is precies wat ik bedoel”, zei hij. “Maar ga nou zitten en luister even naar me.” Vooruit dan maar. “Je wil vanavond toch niet over komen als een huppeltrutje of wel?”, vroeg hij. “Eh, nee”, zei ik. Hij ging verder: “De vorige keer heb ik beetje mee zitten luisteren tijdens jullie interview met het Viva-meisje en ik weet dat je heel enthousiast bent, maar je moet echt een beetje rustig blijven vanavond.” “Ja, maar ik ben niet rustig”, zei ik. “Nee, maar je moet niet gaan lopen zwaaien met je armen en dan zeggen dat je het allemaal zo leuk vindt”, zei hij terwijl hij een imitatie van mij in drukke doen gaf. “Zo doe ik echt niet”, zei ik. “Zo doe je wel. Ik ken je”, zei hij. Beteuterd keek ik hem aan. “Ik weet wel dat je heel springerig en druk bent met je roze shirtjes en je Hello Kitty en je bloemetjesfiets en dat vind ik ook hele leuke features aan je, maar…” “Maar wat”, onderbrak ik hem bits. “Je bent ook een vrouw van bijna 30”, zei hij. Subtiel, heel subtiel, hoe hij me daarmee ineens keihard met beide benen op de grond zette. “Dus?”, vroeg ik. “Nou, daar mag je je ook wel eens naar gedragen.” Ik vroeg me af of dit gesprek nog wel over mijn televisie-optreden van vanavond ging. “Ik word een beetje extra zenuwachtig van jou nu”, zei ik chagrijnig. “M’n moeder zei dat ik gewoon mezelf moest blijven.” “Ja, dat moet je ook”, zei hij. “Ja, wat bedoel je nou?” We keken elkaar aan en we dachten hetzelfde. “Zal ik maar even weggaan? Dan kun jij even tot jezelf komen”, zei hij. “Ja, dat lijkt me heel verstandig”, antwoordde ik. “En ik trek lekker toch een jaren-60-jurkje aan, ook al zei m’n moeder dat ik dat niet moest doen.” “Meisje, doe maar wat jou het beste lijkt”, zei P. en hij vertrok richting een coffeeshop.

10

“WAAROM HEB JE EIGENLIJK EEN WEBLOG?”

Vanmorgen werd ik wakker met het hoofd van Dolf Jansen al scherp op mijn netvlies. In mijn slaap-waak-toestand had hij een microfoon onder m’n neus geduwd en gevraagd: “Waarom doe je dat eigenlijk, dat webloggen?” “Eh”, had ik geantwoord. En toen wist ik niet wat ik verder moest zeggen. En ik weet het antwoord nu nog niet. Niet in 1 spitsvondige zin verpakt in ieder geval. Als Dolf dat maar niet gaat vragen vanavond, dacht ik de hele dag. Tijdens elk interview dat ik de afgelopen 4 jaar heb gehad over dit weblog is die vraag me gesteld. En het enige antwoord dat ik steeds kon verzinnen was dat ik het gewoon hartstikke leuk vind om te loggen. “Ik vind het gewoon hartstikke leuk”, zei ik dan met een grote glimlach. En dat moest ik daarna dan uitleggen, want iets gewoon leuk vinden, dat kan natuurlijk niet. En dan probeerde ik het uit te leggen, maar ik heb soms het idee dat niet-loggers het nooit echt snappen. En het ook nooit zullen snappen. Dat ik nu, na 4 jaar loggen, bijna vergroeid ben met mijn weblog. Dat ik het heerlijk vind om mijn stukjes te schrijven. Om überhaupt te schrijven. Het is een verslaving en ik kan me een leven zonder haast niet voorstellen. Het is een verplichting aan mezelf en af en toe het enige constante in mijn leven. Dat ik de dingen wil vastleggen voor ik ze vergeet. Het is ijdelheid. Het is trots. Het is exhibitionisme. Het is een uitdaging. Het is allemaal van alles. Maar het is vooral gewoon leuk. En ik moet dingen doen waar ik blij van word. Net als aanstaande zaterdag weer samen met 10e een nachtje doorloggen op www.weblogqueens.nl. Dat is ook vooral gewoon leuk. En die ene vraag; “Waarom heb je eigenlijk een weblog”, die had ik dus verwacht. Ik zat er heel hard op te wachten. En die vraag stelde Dolf Jansen nou net niet. En wat hij wel vroeg ben ik alweer vergeten.

17

ZENUWACHTIG!

Nou, 10e en ik zitten er klaar voor. En we zijn er ook bijna klaar voor. Om hier live tijdens de uitzending van Vara Live te webloggen. De computer waar ik achter zit doet het. Die van 10e nog niet. Zenuwachtig en ook nog stress!

25

LUNA OP TV

In de mail: ‘Wij van VARA Live zouden jou en 10e graag uitnodigen om live tijdens onze televisieuitzending bij ons te komen webloggen donderdag (= morgen) als voorbode op de weblogmarathon van jullie aankomend weekend. Nu weet ik dat je op vakantie bent, maar zou je graag zo snel mogelijk spreken om te zeggen dat je moet komen morgen!’ Ik kom er niet meer onderuit. Morgen is Luna live op televisie, bij Vara Live, van 19.50 tot 20.20 op Nederland 3.
www.weblogqueens.nl
www.varalive.nl

15

LUNA EN DE DIKKE DOUANE-DAME

Gisternacht werden P. en ik ronduit onbeschoft weer in het vliegtuig naar Nederland geduwd. Nog geen minuut nadat we het vliegveld van Isla Margarita hadden betreden werd ons verzocht om mee te komen naar een achteraf-kamertje. We waren nog niet eens ingecheckt. Een dikke douane-dame liet ons met een streng knikje en wat gebaren weten dat we haar moesten volgen. “Dat ligt aan mij”, zei P., “ik word er altijd uitgehaald.” Mijn P. heeft inderdaad het uiterlijk van een al-Qaida-strijder, ik schrik er ook nog wel eens van als ik ’s ochtends wakker word. Maar om je dan meteen als een crimineel te behandelen, inclusief minachtend glimlachje, dat hoeft voor mij niet. Onschuldig tot het tegendeel bewezen is, dacht ik. De dikke douane-dame knikte in het achteraf-kamertje naar mij, als teken dat ik m’n koffer open moest maken. Alles haalde ze eruit. Ik werd helemaal nerveus en ik druk me nog zacht uit als ik zeg dat ik het haat als vreemden aan mijn spullen zitten. “P., ze zit aan m’n knip- en plakspulletjes”, fluisterde ik zenuwachtig, doodsbang dat de dikke douane-dame iets kapot zou maken. Ze klopte met haar knokkels op alle kanten van mijn koffer, op zoek naar verborgen ruimtes. Daarna ging ze met een mesje over de bladzijden van al mijn leesboeken en mijn dagboek. Ik besloot deze hele toestand maar gewoon te ondergaan. Ik kon niet anders. Ze keerde de literfles rum die ik in mijn koffer had om en bestudeerde uiterst nauwlettend of er misschien een paar gram cocaïne in was opgelost. De dikke douane-dame leek het haast kwalijk te vinden dat zowel ik als P. niets illegaals in onze koffers hadden. Met een streng knikje liet ze ons een kwartier later weer vertrekken. En toen hadden we de snuffelende coke-hond, de fouillerende douane-beambte die me gezellig tussen m’n benen voelde, de extra checkende tassen-controleur en de dubbel-checkende-tassen-controleur nog niet eens gehad. En dat alles werd bij aankomst op Schiphol nog eens dunnetjes overgedaan. Ik ben kapot. Maar ik ben thuis. En dan nu een glaasje Pinot Blanc. Want ik kan geen cocktails meer zien.

25

LUNA BEVINDT ZICH IN PAPPA HUTSPOT

Ik durf het bijna niet te schrijven, maar momenteel bevind ik mij in een restaurant met de naam Pappa Hutspot op het eiland Isla Margarita. Ik zit hier omdat partner P. graag wilde kijken naar de wedstrijd Ajax-PSV en, ik zou het zelf niet geloven als ik het niet daadwerkelijk zou zien, die wedstrijd wordt in dit restaurant op groot scherm vertoond. Reis je verdomme 4000 kilometer om je neer te vleien op een idyllisch eiland, zit je kerel nog met een glaasje cola naar een groen scherm te staren. Ergens vind ik het nog briljant ook. Wij zitten hier niet alleen uiteraard. Wij zitten hier met onze mede-Hollanders uit hetzelfde hotel. Mede-voetbal-enthousiastellingen die geen zondag zonder ‘Studio Sport’ kunnen. Ik grijp deze gelegenheid maar aan om even een stukje te schrijven op een computer met een internetverbinding die net zo traag is als de hele sfeer op dit eiland. Relaxt. Alles is relaxt op Isla Margarita. En eigenlijk ben ik sinds vandaag pas in die relaxte sfeer gekomen, maar we moeten overmorgen weer naar huis. En ik had gehoopt hier als een gebruinde beachbabe vandaan te gaan, maar niets is minder waar. Ik ben nog steeds wit. Gebroken wit weliswaar, maar nog steeds wit. En niet gewoon gebroken wit, maar gebroken wit met overal rode uitslag van de zon. Ik blijk niet alleen licht-allergisch voor muggen, maar ook medium-allergisch voor de zon. Mijn nek, knieën, handen en decolleté zitten onder de rode jeukende bultjes. Kleintjes van de zon en grote van een paar muggen. De zon hier is te heet, te fel, voor het witte lijf van mij. Al geniet ik van elk moment dat ik hier ben. Dus ik blijf nog 1 dagje in de schaduw, nog 1 dagje op een strandbedje met uitzicht op een prachtige, blauwe zee en nog 1 dagje genieten van cocktails met namen als ‘Bahamamama’ en ‘Anaconda’. En dan vlieg ik weer naar huis.
www.pappa-hutspot.com

25