web analytics

LUNA PROBEERT EEN BANK TE KOPEN

"Kom, we gaan een bank kopen”, zei P. vorige week maandag. “Hoe bedoel je?”, vroeg ik. “Nu?” “Ja, ik ben het zat”, zei hij, “we gaan nu naar de IKEA.” “Okay”, zei ik verbaasd en ik griste meteen m’n jas van de kapstok. Onze oude bank kocht ik 6 jaar terug voor 50 euro in een tweedehands zaak en eigenlijk had-ie toen al z’n langste tijd gehad. En nu zijn P.en ik het regelmatig met elkaar oneens, maar waar we het wel over eens zijn is het feit dat het zonde van de tijd is om lang te debatteren over welke bank in welke kleur. We rennen zo’n IKEA binnen, we zien een bank die ons wel wat lijkt, we kiezen een stofje en we besluiten de bank te kopen. Daarna willen we het liefst zo snel mogelijk richting het IKEA-restaurant om daar een portie van die Zweedse gehaktballetjes te bestellen. Met een fristi en een chocomel. Dus wij kozen binnen 2 minuten voor zitmeubel de Tylösand, Partner P. ging erop liggen en ondertussen schoof ik op papier wat met de verschillende zitelementen waaruit we konden kiezen. “P.”, zei ik, “als we 2 keer die 2-zits doen en dan nog een 1-zit en dan nog die chaise longue, dan gaat het helemaal passen en goed komen. Dan kunnen we allebei tegelijk voor dood op de bank naar C.S.I. Miami kijken.” “Prima”, zei P., kom, we gaan.” “Doet u ons die maar”, zei ik even later tegen een IKEA-meisje en liet haar zien wat ik bedoelde. Ze tikte wat in haar computer en zei toen: “We hebben niet alles op voorraad.” “Oh, okay, wanneer is het er dan?”, vroeg ik. “Het onderstel komt waarschijnlijk morgen binnen”, zei ze. “Nou, laat het maar lekker doorkomen naar ons adres als het complete pakket binnen is dan”, zei ik, “waar kan P. betalen?” Nee, nee, nee, dat kon niet. Want zo werkte het niet. Eerst moest álles op voorraad zijn, de complete bestelling, en dan moesten we terug komen om de bestelling te plaatsen. “Dus ik kan niet nu bestellen en betalen en dat jullie me dan bellen voor een afspraak om alles te komen brengen?”, vroeg ik. Nee, dat kon niet. “Dat is toch raar?”, vroeg ik. Maar ik kon elke dag op internet checken of de producten al op voorraad waren. En als dat zo was, dan moesten we zo snel mogelijk richting IKEA vertrekken om te komen bestellen en betalen. En na een dagelijks om de paar uur checken, blijkt alles eindelijk op voorraad. Maar nu heb ik geen zin meer om naar de IKEA te gaan.

16

LUNA LEEST

Ik had het boek ‘Eten, Bidden en Beminnen’ van Elisabeth Gilbert speciaal bewaard voor de vakantie. Moest wel een topboek zijn, want een aantal vriendinnen en zelfs m’n beste vriendin Oprah waren er erg van onder de indruk. Ik had het echter na 2 bladzijden al helemaal gehad met de schrijfstijl van Elisabeth, de ‘humor’ van Elisabeth en eigenlijk gewoon met die hele Elisabeth als mens en als vrouw. Na 200 bladzijden legde ik het boek weg en besloot te beginnen in ‘Mogelijkheid van een Eiland’ van Michel Houellebecq. En ja, bij dat boek past eigenlijk alleen het woord ‘briljant’.

11

DE LIEFSTE IBIZA-FOTO


Vriendin D. geeft mij een dikke kus, waarschijnlijk omdat ik haar net een lekker roseetje heb ingeschonken!

10

VERSCHIL MOET ER ZIJN

Wat vallen die tomaten die hier in Nederland te koop zijn dan ontzettend tegen als je een hele week tomaten hebt gegeten die gekust zijn door de Ibiziaanse zon.

4

EVERYBODY HIPPIE?

Dit jaar had ik maar 1 vakantiedoel en dat was het bezoeken van een ‘authentieke’ hippiemarkt. De rest van de week heb ik voornamelijk rond het zwembad van de finca gehangen. San Miguelletje erbij, roseetje erbij, boekje erbij, beetje hangen, beetje lezen, even een tukkie doen en dan nog maar een San Miguelletje. Om een uur of 18.00 wat boodschapjes doen, daarna wat salades en andere lekkere hapjes in elkaar draaien en om 20.00 aan tafel met een knisperde barbecue op de achtergrond. En ja, zo gingen de dagen best snel voorbij. Wekkers werden er door P. en mij niet gezet, dus we kwamen pas rond een uurtje of 12.00 uit onze kamer om weer plaats te nemen rond het zwembad met een San Miguelletje. En dat dan 7 dagen achter elkaar. Maar die hippiemarkt, daar moest ik bij zijn afgelopen zaterdag, dus om 10.00 reden we met onze Seat Ibizaatjes richting ‘Las Dahlias’ om daar terecht te komen op een soort Albert Cuijp, maar dan met spiegeltjes en kraaltjes. Na een kwartiertje snuffelen staan vriendin M., D. en ik stil bij een kraampje met ringen en andere glimmende dingen. “Ladies”, begint een hippie met baard, maar zonder z’n zin af te maken praat hij daarna alleen tegen mij. “I see you have beautiful red hair… and a lot of other things too.” Z’n blik gaat vanaf m’n haar zo’n halve meter naar beneden en blijft ongegeneerd rusten op m’n borsten. “What’s your name?”, vraagt de hippie. “I’m Luna”, zeg ik, “what’s yours?” “I’m the lord of the rings”, antwoordt de hippie en pakt m’n hand om er tergend langzaam 2 ietwat natte zoenen op te geven. We kijken elkaar diep in de ogen. Hij is niet eens lelijk. Hij is eigenlijk best lekker. Al is-ie 60. Het is een beetje een Sean Connery. Ik zou hier best wel m’n leven kunnen slijten, zo op Ibiza, samen met Sean. Hij een beetje ringen verkopen, ik een kraampje met PloesiePoesies gemaakt van hippiestofjes. Wat belletjes eraan. Misschien wat wierook erin voor het ‘authentieke’ hippiegevoel. Ik voel ineens een enorme behoefte om wat hippiejurkjes aan te schaffen en ik fladder van het ene standje naar het andere standje om uiteindelijk voor een zwierig zwart met groen en een fladderig zwart met roze exemplaar te kiezen. Wanneer ik terugloop richting Sean om hem m’n nieuw verworven jurkjes te showen en te vertellen dat ik de rest van m’n leven met hem wil delen, zie ik dat hij alweer een andere witte toerist aan het versieren is. Ach ja, spread the love.

7

GREETINGS FROM IBIZA

Onze finca Mariposa op Ibiza staat er best lekker bij. Het is een groot huis met 6 slaapkamers, 4 badkamers, 2 woonkamers, 2 tv’s en in de keuken bevind zich zelfs een staafmixer. Ook het zwembad, de jacuzzi, de 3 patio’s en de 3 Seat Ibizaatjes die voor de deur staan zijn helemaal niet verkeerd. Alle kamers hebben 2-persoonsbedden, dus niet 2 keer een 1-persoonsbed tegen elkaar aan geschoven, zodat je, als je lepeltje-lepeltje wil liggen, ertussen flikkert. Het beddengoed is schoon en wit en er staat hier een grote Amerikaanse dubbele koelkast die we de eerste dag tot de nok toe hebben gevuld met flessen rosé, San Miguelletjes, stukken manchego van 500 gram per stuk, de zoetste tomaten, de roodste lappen vlees, gezellig ogende vissen, garnalen, pakken gazpacho, flessen wodka, appelsap, avocado’s, fruit in alle kleuren van de regenboog, waaronder 2 kilo verse aardbeien, bijna alle soorten groenten en een paar dozen ijsjes. Bijna als vanzelf lijken er elke ochtend weer een paar verse broden op het aanrecht te verschijnen en er staan bomen met sinasappels in de tuin die we mogen plukken om uit te persen voor verse jus d’orange. Ook de citroenboom bij het zwembad doet goede dienst als smaakmaker in glazen water of over vis. Best gezellig is het feit dat ik hier op Ibiza eindelijk mee mag pokeren met de mannen en dat ik dan net doe alsof ik er helemaal niks van snap, maar er ondertussen wel gewoon met de pot van € 50,- vandoor ga: “Ik ga blind all-in! Watch me do it motherfuckers!” De eerste nacht kwam er een poes langs het zwembad rennen die ik meteen heb verleid en gepaaid met een paar moten zwaardvis die nog over waren van de barbecue. Sindsdien is ze niet meer van de finca af te slaan en heeft ze een eigen stoel en een eigen zak kattenvoer gekregen. Surrogaatpoes Mercedes blijkt een prima afleiding voor Bruce Lee, John Digweed, Lolita en Skinner, voor wie overigens prima gezorgd wordt door ex S. en de buurvrouw. Het was hier gisteren hot and sunny en eigenlijk vandaag precies hetzelfde. We gaan zo met z’n 10-en richting een idyllisch strandje om daar wat te hangen en misschien bestel ik wel een piña colada. Of 2. Verder valt het hier eigenlijk allemaal vies tegen.

21

LUNA KOTST EEN STEWARDESS ONDER

Wanneer ik op het display van m’n mobiele telefoon kijk is het 3:35. “Kut!”, roep ik terwijl ik P. wakker schud, “Kuttekuttekut!” We hadden allebei onze wekker om 3:00 uur gezet en zijn er allebei doorheen geslapen. Binnen enkele seconden heb ik m’n spijkerbroek aangetrokken en vertrek richting badkamer om de laatste badspulletjes bij elkaar te graaien. Shampoo, tandenborstel, tandpasta, hup in de tas, hup naar boven, hup m’n koffer inpakken, hup nog even de katten bijvoeren. En daarna hup om 3:45 de taxibus in die al stond te wachten. “Jesus, wat a-relaxt”, zeg ik tegen P. terwijl we met de taxi richting vrienden T. en I. rijden. “Ik voel me niet zo lekker”, zeg ik terwijl we daarna vriendin M. ophalen. En na het inchecken en het settelen in de vliegtuigstoel voel ik me nog steeds niet echt optimaal. Ik draai naar links, ik draai rechts en ondertussen draait m’n maag een paar rondjes mee. “P. ik ben een beetje misselijk”, zeg ik. En ik voel het halve broodje mozzarella met tomaat omhoogkomen. Oh nee! Nu kan ik sowieso niet tegen reizen. In auto’s en bussen word ik ook altijd misselijk, maar een vliegtuigreisje heb ik altijd kunnen overleven. Ik check het ‘Airsickness’-zakje. Dat ga ik dus echt niet gebruiken. Dat is voor losers. En dan iedereen zeker omkijken terwijl ik over m’n nek ga in zo’n zakje. Hell no! Rustig blijven, doorademen, even een slokje water dan. Maar het gaat niet over. Okay, actie. Richting het vliegtuigtoilet en dan hoppeta, meteen dat broodje lozen, dat is de beste optie. En terwijl ik richting het vrije toilet loop zie ik een meisje opstaan en ook richting toilet lopen. En even later sta ik heel hard in het gangpad te hopen dat dat meisje heel snel klaar is, maar, en dat zul je net zien, het meisje neemt er lekker de tijd voor. En terwijl ik aan leuke dingen probeer te denken voel ik het gal opkomen. En heel veel spuug. En ik kan het niet meer stoppen. Met m’n mond vol gal, water en dat broodje mozzarella kijk ik een stewardess wanhopig aan. Ik hou stevig m’n hand voor m’n mond, omdat ik anders de vliegtuigvloer onder kots. “Moet je overgeven?”, vraagt de stewardess en terwijl ik knik kiept zij heel kordaat een grote bak met plastic bekertjes leeg en houdt de bak onder m’n mond. En dan eindelijk kan ik alles eruit gooien. M’n opluchting is groter dan m’n schaamte.

21

LUNA VINDT ER GEEN BAL AAN

Dat hele EK, dat kan mij in principe gestolen worden. Ik mag dat soort dingen niet hardop zeggen hier in huize P. en Luna, want dat zou misschien wel ongeluk kunnen brengen. Denkt hij, de man des huizes. In een ver verleden was hij profvoetballer en stond zijn leven in het teken van de bal. Ook de jaren daarna trapte hij nog 3 keer per week een balletje en had ieder weekend een wedstrijd. Nu is een avondje voetbal kijken op tv zijn manier om te ontspannen. En misschien zou ik me, als vrouw van, eigenlijk best wat meer kunnen interesseren in zijn hobby’s en liefhebberijen, want dat hoor je als significant other nou eenmaal te doen. Maar die tijden zijn voorbij. Maar vroeger, toen P. en ik net samen waren ging ik regelmatig met hem mee naar het voetbalveld om hem aan te moedigen. En ik heb toen ook écht goed m’n best gedaan om te veinzen dat ik het leuk vond. Maar het zit niet in me. Ik vind sporten stom. Ik vind voetbal stom. Ik snap de heisa niet. Dus nadat ik P. eenmaal volledig voor me had gewonnen stopte ik met het veinzen van de voetbalinteresse: “Ik heb een hekel aan voetbal, maar ik maak wel hele lekkere balletjes gehakt met jus!” En nu hoor ik de gemiddelde vrouw al zeggen: “Ach, maar tijdens het EK heb je er geen kind aan hè, aan je man? Het houdt ‘m van de straat.” Maar mijn man (38) loopt al weken te zeiken of ik Panini voetbalplaatjes mee kan nemen als ik toch in de stad kom: “Kun je voor mij voetbalplaatjes meenemen, aaaaaah?” Omdat ik van dat gezeur af wilde zijn kocht ik 20 zakjes voetbalplaatjes om in te plakken in het voetbalalbum dat we gratis kregen bij een of andere krant. Op dit cadeau reageerde P. met: “Zo weinig maar? Je moet meteen een hele stapel meenemen.” Die avond trof ik hem aan terwijl hij de zakjes openscheurde: “Ik heb nog steeds geen Nederlander! Ik wil een Nederlander.” Toen ik vroeg of ik er eentje open mocht maken keek hij eerst licht geïrriteerd, maar ik vond daarna wel mooi John Heitinga in het laatste zakje. Daarna legde hij alle plaatjes op volgorde en plakte ze keurig in z’n album. De dubbele deed hij in een envelop. Ik had er inderdaad geen kind aan. Misschien frituur ik vanavond wat bitterballen voor ‘m.

19

NOG 8 NACHTJES


Nog 8 nachtjes slapen, dan ga ik weer met 8 vrienden en partner P. voor een weekje naar Ibiza! Ik heb er zin in! Wat zeg ik? Ik ben er zelfs aan toe!

10

LUNA WORDT UIT BED GETRAPT

In het schemerdonker en nog half-slapend voel ik wat kriebelen in m’n nek. Zo, zo! Een massage in de ochtend! En dat op een vrijdag! “Hmmmm”, mompel ik en ik schuif wat dichter tegen P. aan, maar wanneer ik dat doe voel ik een gewicht van zo’n 5.8 kilo op m’n rug meeschuiven. Oh shit, het waren niet de vingers van P. die mijn nek beroerden, maar de pootjes van Bruce. Taak is nu vooral om te doen alsof ik nog slaap. Ik probeer niet te bewegen en rustig te blijven ademen, maar het is al te laat: Bruce is al aan zijn charme-offensief begonnen. Ritmisch stimpestampt hij zijn voorpootjes op m’n rug, ondertussen luid ronkend en spinnend. “Oh, Bruce, please”, mompel ik en duw hem van me af om op m’n zij te gaan liggen. Binnen enkele seconden ligt Bruce bovenop m’n heup. Zucht en steun. In het huishouden van P. en mij bestaan eigenlijk geen vaste regels of tijden omtrent opstaan, naar bed gaan, ontbijten, lunchen, avondeten of het voeren van de katten. En dat ging allemaal goed, tot een paar weken terug. Als P. vroeger opstond dan ik, dan liet hij mij en de katten nog even in bed liggen. En die katten lagen er altijd prima en rustig bij. Maar sinds een tijdje begon Bruce met stimpestampen zodra P. uit bed was. Hij porde net zolang met z’n nagels in en uit m’n lichaam tot ik ook uit bed kwam om hem z’n eten te geven. Doodvermoeiend. “Liefje”, zei ik vorige week, “als jij eerder uit bed bent dan ik, dan moet je de katten voortaan meteen eten geven. Want dit is kut.” Probleem opgelost. Dacht ik, want op de een of andere manier moet Bruce hebben begrepen dat hij nu sowieso eten krijgt van degene die als eerste boven is. En hoe laat dat is, dat interesseert hem weinig, want vanmorgen keek ik om 5.20 naar het display van mijn mobieltje. Mijn: “Bruce, het is kwart over vijf, ga slapen”, had niet het gewenste effect. Ook mijn: “Bruce, ga P. lastigvallen”, zorgde er niet voor dat Bruce stopte. Ook niet toen ik de zwarte kater richting P. gooide. Toen ik om 5.45 met Bruce in de keuken kwam staarden we samen naar een nog vol voerbakje.

30