LUNA ZIET EEN PROBLEEM
“Met P.”, zegt P. tegen de telefoon. “Hoe het met de verbouwing gaat? Eh, nou, daar zijn we al bijna 4 jaar klaar mee.” “Wie is dat? Wie is dat?”, sis ik. Maar hij gebaart dat ik me koest moet houden. En ik hoor hem een afspraak maken. “Wat? Wat? Wat?”, probeer ik nog een keer, maar pas als P. heeft opgehangen vertelt hij wie het was. “De gemeente”, zegt hij, “hoe het ging met de verbouwing.” “Jesus, we wonen hier al 4 jaar en ze hebben nooit naar ons omgekeken”, zeg ik. “Maar we konden wel 4000 euro aan bouwleges aan ze betalen toen”, zegt hij. “Ja, en met het sturen van die rekening waren ze wel snel”, zeg ik. “Maar met het geven van de bouwvergunning niet, terwijl het een interne verbouwing was”, zegt hij. “Klootzakken van de gemeente”, zeg ik. “Echt wel”, besluit hij . “En nu?”, vraag ik. “Morgen komt iemand controleren of we ons aan de bouwtekeningen hebben gehouden. “Na 4 jaar?”, roep ik nog maar eens. “Dat is echt belachelijk.” Maar ineens bekruipt me een bijzonder onbehaaglijk gevoel. Na 4 jaar is ons huis nog steeds niet helemaal af en ik begin te twijfelen of onze klote-aannemer zich toen eigenlijk wel aan dat klote-bouwplan heeft gehouden. Toen. Toen. Toen 4 jaar geleden. Straks krijgen we te horen dat we alles anders moeten doen. Paniek! Paniek! Paniek! Een gigantisch groot doemscenario ontwikkelt zich in mijn hoofd; ons huis blijkt onbewoonbaar volgens de gemeente Amsterdam. Brandgevaar. Instortgevaar. En we moeten ineens alle elektra verplaatsen. En ook alle verwarmingen. Ik ga er bijna van hyperventileren en ik kan er de hele nacht niet van slapen. Om 6.00 de volgende ochtend sta ik al naast mijn bed om om 10.00 de deur open te doen voor… het reinste huppelmeisje dat ik ooit zag. Blond. Dikke tieten. Blauwe ogen. “Hoi”, zegt het huppelmeisje, zoals alleen huppelmeisjes ‘hoi’ kunnen zeggen, “ik ben Linda, van de gemeente Amsterdam.” Haha, denk ik van binnen, haha, haha, dit is een grap. Maar het is geen grap. Want Linda loopt door ons huis en tikt wat tegen muurtjes. “Ja, nou, ja, ja, ja, nou, ik denk dat het wel goed is”, zegt ze wanneer ze na 5 minuten weer buiten staat. “Doei”, roep ik haar na. En deze ontmoeting heeft mij weer geleerd om een probleem pas als een probleem te zien als het er is. Niet als ik denk dat er een probleem gaat komen.
Ongelofelijk!
Tja, ik heb er zelf ook wel een handje van…
Iemand die zich pas druk maakt als er DAADWERKELIJK een probleem is, moet een gelukkig (en vooral rustig!) leven leiden…
Kon ze zich identificeren ? Ik bedoel was dit niet gewoon iemand die even kwam kijken of de inboedel de moeite waard was voor een kraak ?
@Wim; Hahaha, nu heeft ze weer iets om als een probleem te zien terwijl het er niet is.
typisch voorbeeld van “een mensch lijd het meest door het lijden dat hij vreest”
Hebben veeeel vrouwen last van
Kijk, dat zijn nu ambtenaren die wèl deugen:
Jong, blond & hele dikke tieten.
Personeelsbeleid van de gemeente Adam is voor de buitendienst prima op orde…
Amsterdam trekt..
Een hele wijze les, maar ik durf je te verzekeren dat je je de volgende keer toch weer zorgen maakt als zich eventueel een probleem zou kunnen gaan voordoen. Misschien dan he.
Juist ,die wijze woorden waarmee je je verhaaltje besluit, wilde ik ook net tegen je gaan zeggen;-)
…..en tikt wat tegen muurtjes? …Of ze er verstand van had?
Wat zal jij lekker slapen vanavond. :-))
Eerdere ervaringen met controle van bouwprojecten had het meisje opgedaan bij het Bos en Lommer winkelcentrum……
Hahahaha Cora…..je bent me net voor….dacht ik ook……niet in de stress schieten Luna..grapje…:):)
lol, huppelmeisjes zijn cool ! ;-)
Hertjes noemen wij die meisjes.
Ja hoor, dat heb jij weer.
hihihihi… (ff in Mokum om broodjes tartaar en haringen te scoren :-)