web analytics

Auteur: luna

LUNA EN EEN COKE-EXPERIENCE

Ik had al eens eerder met een opgevouwen envelopje in een te krappe toiletruimte gestaan om zo met een afgeknipt rietje wat cocaïne naar binnen te snuiven. Dat was geen lijntje. Dat voelde niet echt als een eerste keer cocaïne. Dat was een snuif en ik merkte weinig verschil in m’n gemoedstoestand. Ik was toch al ver heen en daar had zelfs cocaïne weinig verandering in kunnen brengen. Gisteren was anders. Toen ben ik voor de algehele coke-experience gegaan. “Zullen we even een scootertje bellen?”, riep vriendin H. enthousiast toen we het eten achter de kiezen hadden. “Ach ja, waarom ook niet”, riepen vriend J., P. en ik in koor en een uur later lag er een klein hoopje wit poeder op het aanrechtblad. Vakkundig hakte vriend J. met een creditcard door de coke om zo een paar lijntjes te creëren. Het snuiven zelf was niet eens vervelend. Het smerige was de coke die vanuit m’n neus richting m’n keelgat gleed. Een fel bittere smaak die meteen duidelijk maakt dat dat wat net je lichaam is ingegaan niet gezond is. Ranzig! Het bleef ook de hele avond in m’n neus rondhangen en bij iedere neusophaal proefde ik het in m’n keel. Verder was het leuk, maar niet fantastisch. Wel een supergezellige avond gehad, maar dat lag niet aan de coke. Denk ik. Wel ontstellend veel gedronken. Dat ging een stuk vlotter en dat lag wél aan de coke. Zeker weten. De volgende ochtend was lichaamstechnisch dramatisch, hoewel vriendin H. en ik het nog wel voor elkaar hebben gekregen om 2 complete boodschappenwagens vol te laden bij de LIDL! Verder brak! Ultiem brak. En dorst! Veel dorst! En een loopneus. Neus snuiten. Bloed. Gatver. Bij kritiek op mijn af-en-toe-een-pilletje-slikken riep ik altijd vrolijk: “Ja, maar ik heb nog nooit iets gesnoven!” Dat kan nu dus ook niet meer. In het vervolg zal ik op drugs-kritiek reageren met: “Ach, je moet alles een keer geprobeerd hebben.”

63

IKEAASE PRAKTIJKEN

Vorige week woensdag: “Met IKEA.” “Jaaaaaa, m’n keukenkastjes zijn er eindelijk”, onderbrak ik enthousiast. “Eh, ik bel u om een afspraak te maken voor het bezorgen van de door u bestelde IKEA-producten”, zei het IKEA-meisje ietwat uit haar routine gebracht. “Morgenmiddag!”, riep ik, nog steeds enthousiast. “Eh, dat is helaas niet mogelijk.”, zei het meisje. “Doe dan maar vrijdagmiddag”, riep ik, nog steeds enthousiast. “Eh, u kunt alleen een afspraak maken voor óf donderdag óf vrijdag, ik kan u nu niet vertellen of de producten dan ’s ochtends of ’s middags bezorgd worden”, sprak het IKEA-meisje alsof ze het van een beeldscherm las. “Wat??!”, zei ik pissig, “ik wacht al 4 maanden op die kutkastjes van jullie en nu moet ik ook nog eens een hele dag vrij nemen?” Zo zat het niet. Ik moest haar een datum zeggen en dan kon ik een dag van tevoren op de IKEA-website kijken hoe laat de bezorger er precies zou zijn. “Ik wil gewoon dat ze op wat voor een dag dan ook, maar binnen 2 weken, ’s middags na 13.00 bezorgd worden”, gilde ik. “U geeft mij een datum en een dag van tevoren kunt u op onze website kijken hoe laat de bezorger komt”, sprak het IKEA-meisje. “Dat heb je al gezegd! Ik kan alleen ’s middags, want ik werk ’s ochtends en ik ga er geen vrij voor nemen en mijn partner ook niet”, schreeuwde ik nog harder. Het IKEA-meisje bleef constant herhalen wat ze een minuut eerder ook al zei. “Weet je, ik ga nu ophangen en ik bel je wel weer als ik wat afgekoeld ben”, zei ik en ik hing op. Trut. Gisteren in complete gelatenheid het IKEA-meisje teruggebeld en een afspraak gemaakt voor vandaag. Gecheckt op de website: tussen 11.23 en 14.32. Meteen weer woest. Wat een tyfustijd. Niet ’s ochtends en niet ’s middags. Dus dan ben je net 2 uur op je werk, kun je naar huis en dan zul je zien dat ze pas aan het eind van de middag op de stoep staan. Hele dag naar de klote. Maar dan ben ik wel eindelijk van die open keuken af.

33

DUTY CALLS

Neem een willekeurige politieserie of detectiveserie met een man in de hoofdrol die het kwaad in de wereld bestrijdt. Een film van dien aard is ook goed. Geen twijfel mogelijk dat in die serie of film een scène zit waarin de man ineens wordt opgepiept om het echtelijk huis te verlaten omdat hij onmisbaar is op zijn werk. “They found a dead woman on the beach, got to go baby, duty calls.” Zonder uitzondering begint de vrouw of vriendin van de megaheld dan te piepen. “Moet je nu alwéér overwerken?”, “Kun je nu niet één keer een gezellig avondje thuisblijven?” of “Je houdt méér van je werk dan van mij.” En altijd gaat de sympathie van de kijker dan naar de megaheld. Want de wereld en de detectiveserie kunnen onmogelijk zonder deze megaheld. Voor een megaheld staan zijn baan en de wereld voorop, al houdt hij natuurlijk ook heel veel van zijn vrouw, maar dat zijn 2 verschillende dingen. Dat wijf moet gewoon niet zo zeiken en op hem wachten met gebakken aardappeltjes en een balletje gehakt met jus. En als hij er dan wel eens is, dan moet ze vooral niet gaan zeuren dat hij er normaal gesproken nooit is. “Ik ben er nu toch, laten we het dan vooral gezellig houden”, zegt de megaheld dan. En dan is het stil, want hij heeft ergens wel gelijk, denkt ze. Fout! Helemaal fout! Mijn sympathie gaat voortaan naar het zeikwijf. Want een zeikwijf, dat word je dus echt niet zomaar. Nee, een zeikwijf ontstaat als je 2 avonden per week met die bal gehakt zit te wachten tot die megaheld thuiskomt. Alsof je niks beters te doen hebt. Ook zeikwijven werken met schema’s, agenda’s en belangrijke afspraken al zullen die de wereld misschien niet veranderen. Zo. En nu gaat Luna zelf maar eens wat aardappeltjes schillen en een zigeunerschnitzeltje bakken. Duty calls.

47

LUNA GOES FLAMENCO

Afgelopen vrijdag was vriendin M. jarig en dat moest gevierd worden met een tapashapje en een bijpassend Spaans wijntje in café Duende. Heerlijk gegeten en gedronken tot we moesten verhuizen naar het naastgelegen zaaltje alwaar een flamencovoorstelling gegeven zou worden. Ik had überhaupt nog nooit een live dansvoorstelling bijgewoond, maar ik ging meteen overstag toen een robuuste Spaanse vrouw haar keel opentrok. Het hele leed van de wereld gooide ze eruit! Fantastisch! Ik zag het al helemaal voor me dat zij voortaan bij P. en mij de was kwam doen: “Cada vez que nos miramos / yo no sé por qué será / se le pone a esta flamenquita / la carita colorá!” Ondertussen begon er een dame in flamencojurk te dansen en ik kon alleen met open mond staren. Ik wilde nooit meer weg uit deze tent! De flamencodanseres deed gewoon een striptease met haar kleren aan. Niet alleen een aantal gevorderde danseressen lieten hun kunsten zien, ook een aantal dames die net een cursus flamenco afgerond hadden. Allemaal geweldig! Zelfs een meisje dat nog te verlegen was om uit haar ogen te kijken veranderde op de dansvloer in een spannende diva. Na een fijn aantal Spaanse wijntjes wist ik het zeker. Ik wil ook! Ik wil ook! Met beneveld hoofd een flamencovrouwtje met rushes-jurk aangesproken: “Ik vind het zoooooooo leuk dat flamenco, echt zoooooooo leuk. Dat wil ik ook. Echt, zoooooooo leuk. En die jurk die je aanhebt, ook zoooooooo leuk. Weet jij misschien waar ik op les kan?” Het flamencovrouwtjes zal vast iets teruggeantwoord hebben, maar dat is mij geheel ontgaan. Wel werd ik de volgende ochtend met m’n kleren nog aan wakker. Ik hoorde het getikketak van de flamencoschoenen nog in m’n hoofd. Kater. Maar ik vond wel een visitekaartje van een flamencolerares in m’n broekzak. Het is al geregeld. Na de zomer zitten vriendin M. en ik op flamenco-les! Maar eerst natuurlijk even zo’n leuke rood-met-wit-gestippelde-jurk-met-rushes aanschaffen. Olé!

26