web analytics

Auteur: luna

LUNA NAAR EEN ‘FETISH-FEESTJE’

“Zaterdag vier ik m’n verjaardag”, vertelde vriend H., “en ik zou het heel leuk vinden als jullie ook zouden komen.” “Leuk!”, zei ik, “je verjaardag!” “Het is trouwens een fetish-feestje”, ging vriend H. verder, “dus het is de bedoeling dat je in lak, leer of rubber komt.” “Eh, hihi, eh, H., wij zijn helemaal niet van de fetish, hihi, dat weet je toch?” “Ja, maar het is gewoon een relaxt feestje hoor”, zei hij. “Er komen maar een paar mensen uit de scene.” Ik zei vriend H. dat we er over na zouden denken, maar eigenlijk zag ik het bij voorbaat al niet zitten. Een fetish-feestje, met mensen uit de scene. Hihi. Ook P. zag zichzelf niet echt rondlopen op een fetish-feestje, dus we zouden niet gaan. We zouden gewoon lekker op de bank hangen met een bak chips en een dvd’tje. Maar zaterdag begonnen we toch te twijfelen. “We kunnen ook gewoon een uurtje gaan toch? Als het niet leuk is gaan we naar huis”, zeiden we tegen elkaar. En het was tenslotte vriend H.’s verjaardag. “Maar we hebben helemaal geen lak, leer of rubber”, zei ik. “Ik heb nog wel ergens een leren broek hoor”, zei P. “Hihi! Echt?”, vroeg ik. Echt. Hihi, partner P. in een leren broek. “Nou, ik trek gewoon m’n bloemetjesjurk aan hoor”, zeg ik tegen P., “en dan hang ik wel allemaal seksspeeltjes om m’n nek. Ik heb genoeg in de kast liggen. Hihi. We gingen dus wel. Een uur later stond ik in mijn bloemetjesjurk buiten. Om mijn heupen droeg ik een leren gereedschapsgordel met allerlei dildo’s, vibrators, trileitjes, flessen glijmiddel, een vibrerende schildpad, pluchen handboeien en een pussy pump. Om mijn nek had ik een doucheslang met dildo-douchekop geknoopt. “Hihi”, zei ik tegen P., “wij gaan naar een fetish-feestje.”

16

DE MAAKBARE KUT

“Je kan ook een siliconenheuveltje laten inbrengen”, meldt vriendin M. me luchtig. We hebben het over schaamlipcorrecties. Iets wat tegenwoordig bijna net zo normaal lijkt te zijn als een borstvergroting. “Bah”, zeg ik met een vertrokken gezicht. “Ja, dan laten ze dus siliconen inspuiten boven hun schaambeen. Dat het een beetje boller staat”, zegt ze. “Bah”, zeg ik nog een keer. “Wat gebeurt er als die siliconen gaan lekken?” Ik wil het niet eens weten. Maar mannen schijnen het geil te vinden. Een bol kutje. En vrouwen schijnen het zo belangrijk te vinden dat een man hun kutje esthetisch verantwoord vindt dat ze er zonder problemen een chirurg aan laten zitten. Gewoon een beetje in laten snijden. Beetje inspuiten alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Nu zijn bij sommige vrouwen de binnenste schaamlippen inderdaad een beetje uit proportie. Dat je denkt; doe mij nog maar een onsje rosbief. En bij sommige vrouwen geeft dat onsje rosbief fysieke problemen. Bij het fietsen bijvoorbeeld. En in die gevallen snap ik een correctie. Maar om nu in gezond én bovendien hypergevoelig vlees te gaan snijden, gewoon omdat het er geiler uitziet, gewoon omdat mannen het lekkerder vinden, dat gaat mij te ver. En om siliconen boven je schaambeen in te laten spuiten, zodat je een haast kinderlijk bol kutje krijgt, dat gaat me helemaal te ver. Véél te ver. Maar de perfecte kut volgens de mannen- én vrouwenbladen is dichtgevouwen. Dichtgevouwen en kaalgeschoren, met een klein streepje schaamhaar. En dan dus met een bollend schaamheuveltje. Een Barbie-kut dus. Mocht je als vrouw niet in het bezit zijn van zo’n dichtgevouwen, kaalgeschoren, bol kutje, dan kun je jezelf er dus gewoon eentje aan laten meten. Kost wat, maar dan heb je ook wat. Na de tiet is ook de kut commercieel gegaan. ‘Nieuw’. ‘Nu nog beter’. ‘Nu nog lekkerder.’ Het wachten is op een programma met de naam ‘Make my Pussy Beautiful’. Luna zal geen aflevering missen.

62

LUNA EN DE METROSEKSUEEL

Nog even over de ideale man. Volgens de boekjes heet het allernieuwste model van dé ideale man namelijk ‘metroseksueel’. Dit begrip bestaat al 10 jaar, maar wordt de laatste tijd steeds meer gebruikt. Een metroseksueel is; ‘een mannelijke trendsetter in de 21ste eeuw; een heteroseksuele stadsman met een groot gevoel voor esthetiek; een man die tijd en geld besteedt aan zijn uiterlijk en winkelen; en een man die bereid is zijn vrouwelijke kant te laten zien.’ Moesten mannen eerst hun gevoelens meer uiten, gewoon durven huilen bij ‘All you need is Love’, nu moeten ze nog een stapje verder. Want een beetje metroseksueel gaat wekelijks naar de manicure, kan koken als Jamie Oliver, heeft zijn huis helemaal zelf Feng Shui ingericht, gaat gezellig met je shoppen, kleedt zich als een homo en neukt je daarna nog even lekker stevig door. Een metroseksueel schijnt dat allemaal heel leuk te vinden, maar ik vind het iets te veel van het goede, die hele metroseksualiteit. Ik denk, dat kan gewoon niet goed zijn. Moet tegen de natuur van elke man ingaan. Strijken, afwassen, manicure, schoonheidsspecialiste, pedicure; allemaal hartstikke leuk hoor, maar ik vraag me af; is het geil? Ik vind een man bij de manicure dus niet geil. Dito voor een man bij een schoonheidsspecialiste. En helemaal dito voor een man die zich afvraagt of een bepaalde kleur overhemd wel past bij zijn teint. Mannen moeten gewoon niet te veel aan zichzelf frunniken. Vind ik. Daarom wil ik graag pleiten voor een samenleving waarin een man weer gewoon man kan zijn en een vrouw gewoon weer vrouw. Al die hybride toestanden mogen van mij achterwege gelaten worden. Als een man toevallig wat vrouwelijke trekjes heeft; prima! Maar laten we de clubjes waarbij mannen mandala’s moeten tekenen om zo in contact komen met de innerlijke vrouw in hen, alsjeblieft overslaan. Een man is een man, een vrouw een vrouw. En die zijn verschillend. Helemaal anders! En laten we gewoon genieten van die verschillen in plaats van koste wat het kost proberen op die ander te lijken.

Luna heeft even een online testje gedaan om te checken of haar partner P. misschien toch stiekem een metroseksueel is. Maar gelukkig! P. is een echte man-man.

35

OPPASKIND M. EN DE BIKINIMEISJES

Oppaskind M. en ik lopen van mijn huis richting Albert Heijn tot hij ineens hard in m’n hand knijpt. “Wat is er?”, vraag ik verschrikt. Hij gebaart met z’n hoofd dat ik achterom moet kijken. “Daar staat een meisje in een bikini achter het raam!”, zegt hij. Zijn ogen zijn groot van verbazing. Oh God! Zonder na te denken heb ik de kortste route genomen. De kortste route dwars door het wallengebied! Zijn ouders vertrouwen mij hun 10-jarige zoontje toe en wat doe ik? Ik neem ‘m mee op een sightseeing langs de Amsterdamse hoeren! Oppaskind M.’s ogen beginnen te glunderen. Het stikt om ons heen namelijk van de ‘bikinimeisjes’, zoals hij ze noemt. “Waarom doen ze dat, het is toch winter?”, vraagt hij. “Eh, nou”, begin ik. Ik kan zo snel niets anders verzinnen dan de halve waarheid. “Die meisjes proberen mannen te versieren”, zeg ik. Dat doe je toch niet zo, vindt hij. “Eh, nou, eh”, ga ik verder. Ik vertel hem eerlijk dat die meisjes dat doen om geld te verdienen. Dat er mannen zijn die willen betalen om met dat meisje te praten. En om met dat meisje te zoenen. Met dat antwoord kan hij wel wat. Gelukkig. Ondertussen bedenk ik mij hoe ik z’n ouders ga vertellen dat ik hun kind het Sodom en Gomorra heb laten zien. “Volgens mij zitten die bikini’s helemaal niet lekker, hun borsten zitten helemaal omhoog”, gaat hij verder. “Voor mij zouden ze dat niet hoeven aantrekken hoor.” Ik sleur hem bijna richting Albert Heijn, maar hij geeft z’n ogen goed de kost. “Ooooh! Zie je dat!”, roept hij en hij wijst naar een dikke negerinnenreet in string. “Niet wijzen”, zeg ik, maar ik moet stiekem lachen. “Waarom niet?”, vraagt hij, “als je in zulke kleren voor een raam gaat staan, dan wil je toch bekeken worden?” Daar heeft hij gelijk in. “Ik vind het allemaal wel een beetje raar”, zegt oppaskind M. ter besluit. “Maar ik zou hier best een keertje met m’n vader naar toe willen.”

21

LUNA EN DE ZEEHONDJES

Mijn partner P. vindt het heerlijk om te relaxen. Na een dag hard werken ligt hij het liefst op de bank met een goede film en ook het weekend brengt hij het liefst in horizontale positie door; in bed of op de bank, met een film of met een boek. Nu kan ik daar over het algemeen best mee leven, maar als we een weekendje weg zijn, dan is het niet mijn idee om de héle dag op een hotelkamer te bivakkeren. Partner P. zou ik daar intens gelukkig mee maken. De hele dag op een luxe matras en onder een met Texels schapenwol gevoerd dekbed liggen. Gewoon liggen en zijn. Af en toe een gedichtje lezen en af en toe checken op teletekst hoe het met Ajax en de rest van de voetballerij staat. Dat zou mij het afgelopen weekend op Texel dus mooi niet gaan gebeuren. Ik moest en ik zou een zeehond zien. En P. moest mee. Want, ik vind, een weekendje wadden is pas een weekendje wadden als je een zeehond hebt gezien. Anders kun je net zo goed niet gaan. Dus zondagochtend 10.30 stond ik aan P.’s kant van het hotelbed: “P. over een half uur worden de zeehondjes in Ecomare gevoerd. En dat wil ik echt zien. Schijnt een belevenis te zijn. Dus ik weet niet wat jij doet, maar ik ga naar beneden om een taxi te bellen.” Mijn P. besefte meteen dat het menens was. Nu niet meegaan naar de zeehondjes zou wel eens een breuk in onze relatie kunnen betekenen. En het beeld van mij staand naast een bassin met verstoten zeehondjes, moet warmer zijn geweest dan zijn luxe matras met Texels-schapenwollen-dekbed. Dus binnen 10 minuten stond P. naast mij in de hotellobby. En weer 10 minuten later stonden wij samen vertederd te staren naar de zeehondjes in de bassins. Om 11.00 stipt verscheen de zeehonden-verzorger met bakken vol vis. De zeehondjes aten en om 11.30 namen wij weer een taxi terug naar het hotel. Terug naar ons luxe matras. En onder ons Texels-schapenwollen-dekbed.
www.ecomare.nl

10

7.12.2004

0

LUNA EN DE STILTE OP TEXEL

“Jesus, P., er loopt hier hélemaal niemand op straat! Niemand!”, zei ik zaterdag tegen P. terwijl ik gebogen zat over een salade met lamsham, Texelse kaas en een balsamicodressing. We vonden dat we een weekendje weg verdienden en hadden daarom een culinair arrangement geboekt. Wij vonden dat fijn klinken; culinair arrangement. En we zeiden het ook steeds tegen elkaar; “We hebben een culinair arrangementje.” Dit culinair arrangementje hield in dat we heerlijk hebben genoten van een 4-gangen-diner inclusief koffie mét Jutterje en 2 nachten sliepen in een extra luxe hotelkamer mét bubbelbad in hotel De Lindeboom op Den Burg, Texel. Wij waren vast niet de enigen die dit weekend gebruik maakten van dit hotel, maar het hotel leek bijkans uitgestorven. Net als het bij het hotel horende restaurant en net als de straten en het plein rondom dit hotel. En dat terwijl De Lindeboom zich volgens hun eigen folder nog wel in ‘het hart van Texel bevindt’. Tijdens mijn briljante hertenbiefstukjes keek ik nog maar eens voorzichtig naar buiten om te kijken of er écht niemand te zien was. Maar, nee, er was écht niemand. “Jeetje”, zeiden P. en ik tegen elkaar. En ook na het toetje, iets met koffie-ijs en bavarois, hadden wij nog niemand anders dan onze serveerster gezien. Nu was dat eigenlijk ook precies onze bedoeling, een beetje met z’n tweetjes in alle rust uitwaaien op Texel, maar dit was wel héél erg stil. Pas toen we een stukje gingen wandelen, het dorp Den Burg gingen verkennen, kwamen we iemand op straat tegen. Een oudere man liet z’n hond uit. Als import-Amsterdammer ben ik zo gewend aan lawaai, heisa en drukdrukdruk-mensen om me heen dat ik de stilte soms niet meer vertrouw. Het koste me 2 dagen om eraan te wennen. En toen gingen we alweer naar huis.
www.lindeboomtexel.nl

16

LUNA BESTELT CHINEES

“Ha! Lekker”, zeg ik tegen P. als hij binnenkomt met een tas van de Chinees. Het heeft bijna 1,5 uur geduurd tot er een bromfiets voor onze deur stopte, dus we hebben flinke trek. “Waar is m’n nasi met saté?”, vraagt P. beteuterd als we 1 voor 1 de plastic bakken openmaken. Die zit er niet in. En die hadden we wel besteld. En die hebben we ook betaald. Kut. Dus wij bellen. “Solly mevlouw”, zegt de Chinees en een half uur later arriveert de bromfiets met nieuwe plastic bakken. Nieuwe bakken met van alles, maar wéér geen nasi met saté. Kut. Weer bellen. “Solly mevlouw”, zegt de Chinees wederom en hij stuurt weer een bromfiets onze kant op. Beschaamd kijken wij naar de bakken met Chinees. Eigenlijk zijn we al over onze honger heen. “Ik ga het niet weggooien hoor”, zeg ik. “Dat is echt zonde.” Ik besluit alle volle bakken nu ze nog warm zijn naar een zwerver te brengen. Luna goes Moeder Theresa! Dus ik m’n jas aan, handschoenen aan, das om, de bakken Chinees in m’n fietstassen en, hup, op m’n bloemetjesfiets naar de Nieuwmarkt. Maar op de Nieuwmarkt is geen dakloze te zien. Ik fiets door naar de Jodenbreestraat. Ook niemand. Terug over de Nieuwmarkt de Zeedijk op. In heel Amsterdam geen zwerver op straat te bekennen! Helemaal geen eentje! Maar gelukkig tref ik 2 politiemannen te fiets op de Zeedijk die mij met alle liefde doorverwijzen naar het dichtstbijzijnde daklozentehuis. En eenmaal aangekomen bij opvanghuis De Walenburg doe ik mijn verhaal. “Ze hebben per ongeluk te veel bezorgd bij ons. Ik heb de deksel nog niet eens van de bakken gehaald. Dus, eh, hebben jullie misschien zin in een paar bakken Chinees?”, vraag ik. “Wij altijd”, zegt een grote, blonde kerel in onvervalst Amsterdams. “Nou, eet smakelijk dan”, zeg ik en geef hem mijn tas met de Chinese rijsttafel. Hij vond het geen probleem dat er geen nasi met saté bij zat.

23