web analytics

Maandelijks archief juli 2013

LUNA’S EERSTE AUTORIJLES

Mijn oma had geen rijbewijs. Mijn moeder heeft geen rijbewijs. Ik heb geen rijbewijs. “Ja, en straks heeft dochter S. eerder haar rijbewijs dan jij”, grapte de verkering regelmatig. “Kan me niks schelen”, zei ik dan.

“Mis je het dan nooit?”
“Mis je de vrijheid niet?”
“Wil je het niet gewoon proberen?”
“Heb je echt nog nooit een les gehad?”

Nee!
Nee!
Nee!
Nee!

“Ga maar zitten”, zei de rij-instructrice vorige week.
“Neeeee”, gilde ik, “nee hoor, je rijdt me maar naar een industrieterrein, dit gaat ‘m niet worden.”
“Ah, niks aan de hand, gewoon gaan zitten.”
“Neeeee, ik heb zelfs nog nooit in een botsautootje gereden in m’n leven en ik ben 37!”
“Ah, joh, ik heb ook nog nooit in een botsauto gezeten.”

Oh.
Tja, daar had ze een punt en ik ging braaf achter het stuur zitten.

“We gaan nu eerst even T. thuisbrengen, die heeft voor jou les gehad”, zei de instructrice en ze wees naar een meisje op de achterbank van een jaar of 18.”
“Nee joh”, zei ik.
“Jawel joh”, zei ze en ze vertelde me in 5 minuten hoe de auto werkte, maar zei dat ik alleen maar hoefde te sturen en gas te geven deze introductieles.
“Ik ben nu alles alweer vergeten, ik zit überhaupt voor het eerst achter een stuur, ik moet het allemaal even op me in laten werken, kunnen we niet alsnog naar dat industrieterrein?”, piepte ik. “Nee, nergens voor nodig, komt allemaal goed.”
“Echt?”
“Ja, echt, T. woont in het centrum, dus daar rijden we eerst naartoe.”
“Laat je me met m’n eerste les meteen naar het centrum van Tiel rijden?”
“Ja, autorijden is hartstikke leuk, duw het gaspedaal maar ietsje in.”

En daar ging ik. En ik heb een uur lang vol ongeloof tegen de rij-instructrice lopen brabbelen en gillen dat ik het gewoon niet kon geloven dat ik een auto bestuurde.

“Kijk me gaan dan! Kijk me gaan!”, lachte ik. “Ik kom elke dag op m’n fietsje van die Tielse kutmoekes in een auto tegen en dan vraag ik me af hoe het kan dat zij wél hun rijbewijs hebben, maar ik niet! En ik heb nog wel op de universiteit gezeten! Dat kan toch niet de bedoeling zijn van het leven?” “Kun je nagaan hoe goed je je straks voelt! Dan heb je én je rijbewijs én op de universiteit gezeten”, zei de instructrice, “hoe mooi is dat!”

De rij-instructrice heeft me volledig in het diepe gegooid en dat was eigenlijk precies wat ik nodig had. Ze gaf me het gevoel dat autorijden helemaal niet eng is en dat alles goed komt en dat het helemaal niet gek is dat je een rotonde na 20 keer passeren nog steeds niet lekker soepel pakt. Ze liet me in m’n hysterische eerste auto-trip en nu ik ben bijgekomen van de overwinning op mezelf geloof ik daadwerkelijk dat ik volgend jaar m’n autorijbewijs ga halen.

13

TIELSE TINTEN TRIP

Een soort van persbericht! Enne, Chantall van den Heuvel, dat ben ik dus, Luna!

Vriendinnen Chantall van den Heuvel en Anoeschka Fraikin vinden dat de wereld wel wat kleur kan gebruiken en zullen op een bijzondere wijze gratis schilderijen ophangen op willekeurige plekken in Nederland. Van 30 augustus tot 1 september trekken zij er op uit met een Fiat Panda die reeds in gebruik is als 25km-voertuig. Op de route die hen van het Noord Hollandse Purmerend naar het Gelderse Tiel brengt, zullen zij een spoor achterlaten van gratis kunst. Onderweg zal ook het voertuig transformeren naar een echte Tielse Tint om uiteindelijk op de eindbestemming aan te komen als kunstobject op zich.

Chantall is in 2012 gaan schilderen toen haar moeder ernstig ziek werd en uiteindelijk 6 maanden in Ziekenhuis Rivierenland te Tiel lag. “In een gang van het ziekenhuis waar ik dagelijks doorheen liep keken de patiënten, de bezoekers én het personeel al bijna 30 jaar tegen lege spijkers aan. Zo depressief. Dat moest anders”, aldus de Tielse. Chantall besloot met haar creaties, die ze ‘Tielse Tinten’ noemde, de muren van het ziekenhuis te verfraaien. Naast elk schilderij hing zij een kaartje waarop stond dat men het gratis mee mocht nemen. Als blijk van waardering vroeg zij een vrijblijvende (eenmalige) donatie aan de KWF Kankerbestrijding en een foto van het doek op zijn uiteindelijke bestemming. Ook veilde zij via de speciale Tielse Tinten Facebookpagina een schilderij dat gewonnen werd door Anoeschka. Tijdens de overhandiging ontstond een diepzinnig contact dat later vloeiend overliep in een vriendschap.

Anoeschka heeft sinds enkele jaren een Fiat Panda van het oude type die is omgebouwd tot 25km-voertuig. Deze raakte overbodig en tijdens een gezellig avondje samen kwam dit ter sprake. Chantall raakte enthousiast en wilde het wagentje graag overnemen. Ondanks dat het hun omgeving verstandiger leek om een aanhanger te huren en zo de Fiat Panda te vervoeren, wilden de vrouwen ‘m zelf van Purmerend naar Tiel rijden, al zou dat dagen duren. Het idee van de Tielse Tinten Trip was geboren, de deal werd gesloten en de datum geprikt.

Met ruim een maand aan voorbereiding gaan de twee als een speer, Chantall richt zich op de voorraad schilderijen, Anoeschka neemt het organisatorische deel voor haar rekening. “Met een 25km-voertuig ben je beperkt tot een klein deel van het wegennet. Er zal dus een alternatieve route gekozen worden, die zich hoofdzakelijk over binnenwegen begeeft”, vertelt Anoeschka. In de maanden mei en juni van dit jaar heeft zij samen met haar Fjordenpaard ruim 500 km gewandeld van Limburg naar Noord Holland, dus het uitzetten van zo’n trip is voor haar inmiddels gesneden koek. Het duo zal de nachten doorbrengen op een camping en bij arriveren zullen zij de transformatie van het voertuig inzetten met verf en kwasten: “We maken ‘m elke dag een beetje mooier.” De Fiat Panda, die door de eigenaar doorgaans een naam krijgt, werd door Anoeschka ‘Flitz’ gedoopt, omdat je met dit bijzondere wagentje niet geflitst kunt worden. Flitz zal onderweg gestaag in een kleurrijke Tielse Flip veranderen.

Sinds kort verkoopt en veilt Chantall schilderijen online en een deel van de opbrengst gaat naar No Guts No Glory, een stichting die geld inzamelt voor in Nederland onverzekerde kankerbehandelingen. Ook tijdens de Tielse Tinten Trip zal aandacht gevraagd worden voor deze bijzondere stichting.

Benieuwd hoe het de dames vergaat? Volg ze op de speciale Tielse Tinten Trip-Facebook-pagina of neem een kijkje op www.tielsetinten.nl.

6

LUNA EN EEN NIEUWE WASMACHINE

Ik kreeg het deurtje van de wasmachine niet meer open. Niet door erop te slaan. Ook niet door de handleiding te lezen. Niet door allerlei schroefjes los te schroeven, filters te ontfilteren en ook niet door te bidden. Toen de verkering er een keertje keihard tegenaan sloeg ging het deurtje overigens wel open, maar dat was een toevalstreffer, want nadat er weer een wasje was gedraaid had bleef het wasmachinedeurtje permanent dicht.

“Dan gaan we een nieuwe kopen”, zei de verkering.
“Ik wil eerst een monteur, weet je hoe duur een wasmachine is?”, zei ik.
“Weet je hoe duur het is om een monteur te laten komen?”
“Altijd nog goedkoper dan een nieuwe wasmachine.”

Dus de verkering regelde via zijn mannennetwerk een mannetje dat al 20 jaar wasmachines repareerde. Het mannetje kon onze wasmachine echter niet maken. “Domme pech”, zei hij. Het lag er niet aan dat ik altijd teveel wasmiddel en wasverzachter in het apparaat deed. Of dat ik het filter nog nooit had schoongemaakt. Of nog nooit had ontkalkt. Er was een mechaniekje doorgebrand in het openingssysteem en dat was op de een of andere manier doorgeslagen naar de printplaat en het kwam erop neer dat een nieuwe wasmachine een betere optie was dan repareren. De wasmachine was pas 4 jaar oud en ik moest nog net niet huilen.

De verkering en ik waren net een paar maanden bezig met een potje voor onvoorziene uitgaven. Al was de bestemming van dat potje eigenlijk wel heel voorzien, want wij hadden daar graag weer van naar Ibiza gegaan en als het zou kunnen dan ook graag zo snel mogelijk. De onvoorziene gebeurtenis dat de wasmachine er mee zou ophouden, daar had ik dus eigenlijk geen rekening mee gehouden en ja, ik weet dat je zoiets niet kan voorzien, daarvoor heet zo’n potje ook ‘voor onvoorziene uitgaven’ maar ik zag mezelf dus wél over een paar maanden weer in m’n kersjes-bikini op een Ibiziaans strandje liggen. Dat voorzag ik prima!

Dat ik nog eens op een vrijdagmiddag om 16:00 bij een witgoedspecialist in een klein dorpje nabij Tiel een wasmachine zou staan uit te zoeken, dat had helemaal nog nooit voorzien.

“Ik word hier niet blij van”, zei ik tegen de verkering.
“Ik word niet blij als ik jou zo zie”, zei hij.
“Nee, zo werkt het niet, we kunnen niet allebei niet blij zijn.”
“Hè?”
“Ik word gewoon hartstikke chagrijnig van en ik voel me al dagen depressief, als ik me morgen nog zo voel dan ga ik naar de dokter en dan wil ik aan de Prozac, het moet er toch een keer van komen, want dit kan niet de bedoeling zijn van het leven.”
“Nee, en aan het einde gaan we allemaal dood.”
“Precies, dat bedoel ik.”
“Schatje, ik maakte een grapje.”
“Ik kan momenteel nergens meer om lachen.”
“Nou, je mag wel wat vrolijker kijken voor een vrouw die net een nieuwe wasmachine heeft gekregen hoor.”
“Hou op, daar kan ik al helemaal niet om lachen.”
“Schatje”, zei de verkering, “wees blij dat we überhaupt een nieuwe wasmachine kúnnen kopen. Weet je hoeveel mensen er in Nederland zijn die geen potje hebben voor onvoorziene uitgaven.”

Daar had hij een punt, maar ik bleef liever nog een paar uur chagrijnig.

De nieuwe wasmachine is superzuinig en heeft een lichtje van binnen als je het deurtje open doet. Dat laatste is toch wel de allergaafste feature en haalde me over om tot aanschaf over te gaan. We hebben er voor de zekerheid maar meteen 8 jaar extra garantie bij gekocht.

7

GOED VOORBEELD DOET VOLGEN

Vandaag sprak ik Henk.

Ik liep terug van mijn vrijwilligerswerk op de Schakelafdeling en liep door de gang waar vorig jaar mijn schilderijen hingen voor het Tielse Tinten-project. Al mijn schilderijen zijn vorig jaar meegenomen en tot een paar weken terug waren de muren in die gang weer leeg. Nu hangen er schilderijen van Henk.

“Hé, ben jij Henk?”, vraag ik aan een man die nieuwe prijskaartjes naast de schilderijen die gesigneerd zijn met ‘Henk’ hangt.
Ja, dat was-ie.
“Hoi, ik ben Luna. Ik heb hier vorig jaar mijn schilderijen opgehangen.”
“Oh, eh”, zegt Henk.
“Leuk dat er nu eindelijk dingen hangen, het was hier 20 jaar leeg, maar het was dus mijn idee om wat met deze muren te doen.”
“Ja, eh, je mag hier niet zomaar iets ophangen”, zei Henk.
“Dat weet ik”, zei ik, “maar er hing hier al 20 jaar niets.”
“Ik ben gevraagd door het Facilitair Bureau.”
“Oh.”
“Ik heb wel van iemand gehoord die iets deed met een goed doel.”
“Ja, dat was ik, alle schilderijen die ik heb opgehangen mochten worden meegenomen en als iemand het schilderij wat waard vond, dan konden ze doneren aan de Kankerstichting. Ik heb in de Tielse Courant gestaan en in de Zakengids en in De Gelderlander.”
“Oh, eh, ik wil ook iets doen met een goed doel, maar ik weet niet hoe ik dat moet aanpakken. Ik wil elke 3 maanden een ander schilderij beschikbaar stellen. “
“Oh, wat een leuk idee.”
“Dus, eh, daarvoor moet ik bij jou zijn?”
“Nou, eh, nee, mensen mochten al mijn schilderijen gewoon meenemen, dus ik had er verder geen omkijken naar.”
“Ja, nee, dat ga ik niet doen.”
“Maar wat jammer dat het Facilitair Bureau mij niet even heeft gemaild om me te bedanken voor het goede idee. Want nadat mijn schilderijen hier hingen zijn er ophangrails gekomen en nieuwe plinten en nou ja, jouw schilderijen hangen er nu ook.”
“Je mag hier alleen in het ziekenhuis hangen als je een inschrijving bij de Kamer van Koophandel hebt”, zegt Henk.
“Heb ik”, zeg ik.
“Oh”, zegt Henk, “eh.”

Henk zegt wel vaker ‘eh’.

“Maar hartstikke leuk dat je hier hangt hoor, dan hoeven de mensen die aan het revalideren zijn of hier doorheen lopen niet meer tegen die depressieve muren aan te kijken”, zeg ik.

En toch steekt het me dat het Facilitair Bureau mij niet even een mailtje heeft gestuurd. En dat ziekenhuis Rivierenland nooit een reactie gegeven op mijn Tielse Tinten-project. Blijkbaar was het wel een goed idee van me om schilderijen in die gang te hangen. Blijkbaar zijn er wel vergaderingen over geweest. En blijkbaar was het ook een goed idee van me om een schilderij te verloten of doneren en om daar en goed doel aan te koppelen. Maar blijkbaar was een mailtje naar mij teveel moeite. Toegegeven: ik heb hen ook niet gemaild om te vragen of ik m’n schilderijen er op mocht hangen.

“Hoe gaat het eigenlijk met je moeder?”, vraagt Henk als ik wegloop.
Oh, Henk kent me dus wél.
“Hartstikke goed, die is weer thuis”, zeg ik.
En dat is het belangrijkste.

7