web analytics

Maandelijks archief mei 2011

LUNA EN DE LONDENSE LAD

Als je al een jaar of meer geen seks hebt dan verander je in een hysterisch, stressig zeikwijf dat ‘hoognodig eens geneukt moet worden’. Ik riep het ook altijd over andere vrouwen, maar had het dan voornamelijk over mezelf. Die boodschap kwam op de een of andere manier niet over en dan vind ik eigenlijk dat je legitiem elke postbode mag pakken die aan de deur komt en elke pizza-Marokkaan van z’n scooter mag trekken als je daar behoefte aan hebt. Dan mag je naakt de straat op gaan en heel hard roepen ‘Pak me dan als je kan!’ en dan gewoon heel zachtjes huppelen zodat je borsten gezellig en hypnotiserend op en neer deinen. Dat mag allemaal. Je hebt er goddomme recht op! Maar dat deed ik allemaal niet. Vond ik niet zo netjes. Dit weblog en met name dan mijn foto bovenaan dit weblog heeft mij daar altijd van weerhouden. En omdat ik van hem hield, dat vooral natuurlijk. Maar vreemdgaan terwijl je met je hoofd en naam en toenaam op het internet staat leek mij nooit een goed idee van een feestje. Dus. Toen ik 2 jaar geleden met vriendin S. naar Londen ging zag ik mijn kans. Hier zou niemand mij kennen of herkennen. What happens in Londen stays in Londen. En tijdens een avondje stappen in een Londense nachtclub was ik een vrouw met een missie! Na wat droogneuken op de dansvloer fluisterde ik de eerste de beste sexy Londense Lad in z’n oor dat ik seks wilde en dat het de hoogste tijd werd om samen een hotelletje op te zoeken. De Londense Lad stond al bij de jassen voordat ik ‘NOW’ kon zeggen. En nog geen kwartier later waggelden we samen van hotel naar hotel met de vraag of we misschien ook een kamer voor 1 nacht konden krijgen. Als waren wij Jozef en Maria themselves werden we bij ieder hotel weggestuurd met de mededeling dat ze vol zaten en pas bij hotel nummer 5 mochten we voor 200 pond naar binnen om een nummertje te maken. Maar als het aan mij had gelegen dan had ik op dat moment wel 1000 pond willen betalen. Want. Dit. Werd. Mijn. Nacht. Iedere man ter wereld zou wensen dat hij die nacht met zo’n geil wijf in bed lag als ik, want ik was er helemaal klaar voor om 6 jaar frustratie eruit te neuken. And again. And again. And again. Als een tijger benaderde ik m’n prooi. Laat me voelen wat ik al die jaren heb gemist! Laat maar lekker doorkomen! Even later staarde ik naar een slap en zielig hoopje piemel. De Londense Lad kreeg ‘m niet omhoog. Had ik weer.

35

SO MUCH VOOR JE ZELFVERTROUWEN

Ik heb altijd gedacht dat het aan mij lag. Dat het mijn eigen schuld was. Grapje van God. Ik zag het als mijn lot. Of mijn straf. Maar het was in ieder geval niet wat ik wilde. Beetje de hele dag geile teksten schrijven, vibrators testen, maar dan wel elke avond in je eentje in het hoekje van het bed liggen. Wat een lachertje! Ik heb altijd gedacht dat het aan mij lag. Ik was te dik. Te groot. Te rood. Te seksueel. Te geil. Te luidruchtig. Too much. Te veel van alles. Te druk. Teveel vrouw. Ik heb altijd gedacht dat het aan mij lag. Moest ik me anders gedragen? Andere kleding? Moest ik me scheren? Of juist niet? Moest ik stoppen met m’n werk bij FOXY? Waren die vibrators die ik testte te intimiderend? En wilde hij nou wel dat ik erover praatte? Of niet? Wat deed ik fout? Had het nog zin om er boos over te worden? Of verdrietig? Moest ik weggaan bij de man waar ik van hield omdat we nooit meer seks hadden? Was dat een goede reden? In sekstherapie dan? Wij? Ik? De vrouw die altijd zo gemakkelijk over seks praatte en schreef? Ik, die anderen tips en advies gaf over hoe en wat ze moesten gaan liggen? Ik? De vrouw die helemaal niet moeilijk doet over seks? Moest ik er met vriendinnen over praten? En dan? Het grootste sekstaboe is nog altijd het niet hebben van seks. Dus ik zweeg. En ik zweeg. En ik zweeg nog veel harder. Ik was van een vrijgevochten seksuele vrouw veranderd in een vrouw die zich schaamde voor haar lichaam en met de deur dicht douchte. Ik heb altijd gedacht dat het aan mij lag. En die gedachte werd nog eens onderstreept toen hij maanden later belde en terloops melding maakte van het feit dat hij het met z’n nieuwe vriendin wél gewoon deed. Good for him! Maar hij had mij niet harder kunnen raken. Al hebben die ontelbare afwijzingen in de jaren daarvoor er ook behoorlijk ingehakt. Ik ben een tijd lang boos geweest dat hij niet eens vroeg waarom ik bij hem weg ging. Dat hij gewoon berustte in mijn mededeling dat ik niet meer wilde. Dat hij niet voor de deur ging staan om te schreeuwen dat ik de vrouw was waar hij oud mee wilde worden en dat hij er alles aan wilde doen om samen later achter de geraniums te zitten, want dat zouden we toch? Maar hij hoefde niet te vragen waarom ik wegging. Hij wist het al.

43

VOOR WIE IK LIEFHEB, WIL IK HETEN

Ik herinner mij een feestje waarop een vriend vertelde dat een vriendin van ons net een abortus had gehad in Thailand. Ik wist toen nog niet dat ik op dat moment zelf zwanger was van een tweeling. Had ik dat geweten dan had ik op dat feestje niet die glazen wijn gedronken en niet dat xtc-pilletje voor de gezelligheid genomen. Toen ik een paar weken later niet ongesteld werd en daar toch wel wat ongerust over was zei mijn partner voor de grap dat ik dan maar even een zwangerschapstest moest halen. En toen ik voor de grap over dat staafje heen had gepist was ik al bezig met het schrijven van een stukje voor dit weblog. Ik hoefde alleen nog maar de laatste zin en was er heilig van overtuigd dat die zin; ‘Opgelucht keek ik naar blanco vlakje.’ zou zijn. Ik publiceerde het stukje nooit, want de zwangerschapstest liet 2 streepjes zien.

Ik wilde geen moeder worden.
Hij wel vader.

Ik ging alleen naar binnen.
Ik wilde niet dat hij mij zo zag.
Dan zou ik een gezamenlijk seksleven in de toekomst helemaal kunnen vergeten.
Hij wilde ook niet mee naar binnen.
Rookte buiten een jointje.

Als ik ergens spijt van heb, dan is het van het feit dat ik, toen de verpleegkundige vroeg: “Wil je dat ik je hand vasthoud?”, heb geantwoord met een: “Nee, het lukt wel alleen.”

Met die afwijzing is mijn eenzaamheid begonnen.

Buiten grapte ik tegen mijn partner: “Zou een mooie zijn voor op een T-shirt: ‘My Girlfriend Got an Abortion and all I got was this Lousy T-shirt’.”

Daarna had ik 6 jaar geen seks.

54

LUNA EN DE VRAAG DER VRAGEN

Vriendin L. was jarig en gaf een feestje, inclusief barbecue. En terwijl ik met het zoveelste chardonneetje in m’n hand stond te shinen als nooit tevoren, ik mingelde wat met de ouders van L., met haar ooms en tantes, met haar vrienden en met de kinderen van die vrienden, kwam er ineens, bijna uit het niets, geheel onverwacht een vraag. Of eigenlijk niet geheel onverwacht, want de stelster van de vraag was haar vraag begonnen met een: “Mag ik je wat vragen?” Natuurlijk mag je me wat vragen! Wil je weten waar ik dit gigantisch kekke jurkje vandaan heb? Of die schoenen? Wil je misschien het recept van die lekkere bietensalade die er op tafel staat? Of wil je weten waar ik m’n haar mee verf? Of waar ik die bloemetjes in m’n haar heb gekocht?

“Ben je misschien zwanger?”

Say what? Of ik zwanger was? What? Nu weet ik dat ik qua leeftijd zeker in de categorie ‘zou zwanger kunnen zijn’ val. Ook het feit dat ik geen kinderen heb, doet bij veel mensen de vraag oproepen; “Zou je geen kindje willen? Het kan nog!” En ook qua lichaamsbouw zou het eventueel, misschien, heus, echt wel kunnen dat ik een maandje of 3 zwanger ben. Maar! Ik had deze vragenstelster nog nooit in mijn leven ontmoet! Ik had nog nooit een woord met haar gewisseld, behalve dan onze namen toen we elkaar een uurtje daarvoor een hand hadden gegeven. En nu is de vraag “Ben je misschien zwanger?” sowieso nooit een goede. Never. Als je het niet kan zien, dan moet je het niet vragen en als je het wel kan zien, dan hoef je het niet te vragen. Dus. En nu was het volledig geoorloofd geweest om de vragenstelster met de grond gelijk te maken. Zowel verbaal als non-verbaal. Voor vrouwvolk en vaderland! Bam! In your face, huppelkut. Goddomme! Hoe haal je het in je hoofd! En mocht het tot een bloederig handgemeen komen, dan zou ik zelfs door een vrouwelijke rechter worden vrijgesproken van iedere aanklacht, omdat je nou eenmaal niet, never, ever, aan een vrouw vraagt of ze zwanger is!

“Eh, nee”, zei ik met een glimlach, “ik ben gewoon lekker chubby.”

Nooit je zelfvertrouwen verliezen.

36

LUNA MAAKT EEN UITNODIGING

Dochter S. wordt bijna 11 en als je 11 wordt dan wil je natuurlijk je verjaardag vieren! Ik maakte een kekke uitnodiging voor haar pyjamafeestje!

Grote afbeelding: HIER.

11

POEZENOORTJES RING

Ik kocht er eerst eentje voor mezelf, maar omdat ik ‘m zo leuk vond heb ik een heel stapeltje van deze superschattige poezenoortjes ringen ingevlogen. Helemaal officieel geïmporteerd! Hij is voor
€ 12,50 te koop op de PloesiePoesie-site: HIER.

4

LUNA AL HUPPELEND OVER DE DIJK

Na wat sportblessures en algehele malaise zijn vriendin C. en ik weer helemaal on track wat betreft ons renschema. We begonnen in de winter en ons enige doel was toen het halen van de lente. Of beter gezegd; wij wilden graag de zon op zien komen zodat we niet meer in de verschrikkelijke tyfuskou hoefden te rennen. Want om 6.00 ’s ochtends opstaan, met sjaals om en mutsen op, dat is eigenlijk niet mijn idee van een feestje, al voelde ik me daarna altijd wel kiplekker. En ook vriendin C. was volgens haar collega’s op de dagen dat ze ’s ochtends rende een stuk gezelliger in de omgang! Maar inmiddels zien wij het ‘ s ochtends van schemering naar ochtendzon gaan, dus hebben we ons doel bijgesteld naar het fysiek in staat zijn tot het rennen van Tiel naar Varik over de dijk (8 kilometer). Aldaar laten wij ons in een plaatselijk café, met uitzicht op de Waal, volgieten met rosé en daarna bellen we de verkering om te vragen of hij ons op komt halen. Want terugrennen, dat hebben wij niet in ons doel opgenomen. Doei! Maar het gaat dus helemaal goed met ons schema en het ’s ochtends opstaan en afgelopen dinsdag besloten vriendin C. en ik om eens een keertje ’s avonds rennen. Gewoon omdat het kon. Ik deed het nooit eerder, ’s avonds sporten, maar wil eigenlijk nooit meer iets anders. Want wat een heerlijkheid om in zo’n avondzonnetje over de dijk te rennen. En je ziet ook nog eens wat! Natuur! De rest van de wereld! En zo zagen we ook eindelijk eens wat andere renners (“Door rennen, tot we elkaar gepasseerd zijn, ze mogen niet zien dat we op een renschema zitten!”), konijntjes, fazanten, schapen, lammetjes, eenden, ganzen en een dood babypony’tje. “Hij is dood”, zeiden we tegen elkaar toen we bovenaan de dijk stonden en beneden in de wei een ponylijkje zagen liggen. Ah! Zielig! Moesten we iemand bellen? Maar wie dan? De dierenambulance? Paniek! Hij was echt nog een baby. Moesten we het van dichtbij gaan bekijken? Paarden staan toch altijd op hun benen? Dus pony’s toch ook? Nee, hij was echt dood, concludeerden C. en ik terwijl we naar beneden strompelden om als ware CSI-dokters de dood van het pony’tje vast te stellen. Maar toen we tegen het hek aanstonden schrok het babypony’tje wakker en huppelde snel richting z’n moeder. En vriendin C. en ik huppelden naar huis. Richting een rosé-tje tegen de schrik.

12

LUNA EN HET LANDELIJK GEMIDDELDE

“Ik heb een verrassing voor je”, zeg ik.
“Wat dan?”, vraagt J.
“Ja”, zeg ik met samenzweerderige stem.
“Wat dan?”, vraagt J. nog een keer.
“Het is in de slaapkamer”, zeg ik.
“Echt waar?”, vraagt J. iets te enthousiast.
“Ja, echt waar.”
“Nu?”
“Je mag nu al wel gaan kijken hoor.”
“Ga je niet mee?”
“Oh, ik loop wel even mee.”

“Waar is de tv?”, vraagt J. als hij even later de slaapkamer betreedt.
Mond open.
Grote ogen van verbazing.
“Ja”, zeg ik samenzweerderig.
Die middag heb ik de tv in de slaapkamer ontkoppeld en de tv, inclusief tv-tafeltje gebracht naar een plek where the sun doesn’t shine! Ik had er een licht sardonisch genoeg in gehad. Haha! Dat zou ‘m leren! Beetje elke avond voor het slapen nog kijken naar allerhande bullshit programma’s die mij niet kunnen boeien zodat ik elke avond tegen hem in slaap val terwijl mij beloofd was dat ik eerst allerhande oral pleasures zou krijgen voordat die televisie überhaupt aan zou gaan! “Nee, liefie, nee, jij bent de master van de afstandsbediening in de slaapkamer en ik zorg dat je niks te kort komt.” Ik hoor het hem nog zeggen.

“Had je klachten?”, vraagt J.
“Nou”, zeg ik.
“Echt?”
“Nou, ik wou helemaal geen televisie in de slaapkamer, ik wou het niet, ik wou het niet, en jij wel en toen heb jij je zin gekregen en ik ben het er niet meer mee eens. Ik wil het niet.”
“Oh.”
“Ik had toch gezegd dat het slecht voor je seksleven is.”
“Ja, omdat jij steeds in slaap valt.”
“Nee, omdat jij je programma af wil zien.”
“Oh.”
“Ja, dus daarom heb ik de tv weggedaan.”
“Oh.”
“Een slaapkamer is om te vrijen en om te slapen.”
“Oh.”

Nu heeft J. er zijn levensmissie van gemaakt om mij elke avond datgene te geven waarvoor ik graag een half uurtje eerder naar bed ga. Net zolang tot ik het helemaal, maar dan ook helemaal zat ben en hem smeek om de tv weer terug te zetten.

Kan-ie lang wachten.

9